Je leest:

Leugenaars ontmaskerd door schrijfgedrag

Leugenaars ontmaskerd door schrijfgedrag

Auteur: | 23 september 2009

Het gebruik van leugendetectors is omstreden. De techniek is niet bepaald betrouwbaar: onschuldige mensen lijken soms schuldig en schuldige mensen kunnen de detector om de tuin leiden. Israëlische wetenschappers hebben nu een nieuwe methode ontdekt waarmee leugenaars door de mand vallen. Zij analyseren het schrijfgedrag van de verdachte.

Leugenaars zijn vaak moeilijk te ontmaskeren. Ze stotteren misschien wat meer en friemelen wat vaker aan hun gezicht of haar, maar dat kan ook gewoon toeval zijn natuurlijk. Zelfs mensen die dagelijks met leugenaars te maken hebben, zoals rechercheurs, rechters en inspecteurs, zijn niet beter in het doorzien van leugenaars dan de gemiddelde man op straat. Een bekende leugendetectietest is de polygraaf. Deze meet onder andere de verandering in hartslag en zweetproductie tijdens het beantwoorden van vragen. Maar geheel betrouwbaar is deze test niet. Zo nu en dan weet een schuldige de polygraaf om de tuin te leiden. Erger nog, soms wijst de test een onschuldige verdachte toch aan als schuldige.

De resultaten van een polygraaf zijn vrij eenvoudig te manipuleren. Zo kan iemand die schuldig is toch onschuldig lijken volgens de test. En iemand die onschuldig is kan toch schuldig lijken, bijvoorbeeld als hij zenuwachtig gemaakt wordt door de mensen om hem heen. Of als de ondervrager niet de juiste vragen stelt.

Hogere druk op het papier

Israëlische onderzoekers hebben een nieuwe methode ontwikkeld om leugenaars te ontmaskeren. Zij wisten al dat liegen moeilijker is dan de waarheid spreken. Als je liegt moet je je leugens zorgvuldig formuleren, de reactie van je gesprekspartner in de gaten houden, de waarheid onderdrukken én je ondertussen zo normaal mogelijk gedragen. Dit alles kost veel moeite, en gaat daardoor ten koste van andere activiteiten, zoals bijvoorbeeld spreken (aarzelingen) of schrijven. Door het schrijfgedrag van een verdachte te meten, kan volgens de onderzoekers objectief vastgesteld worden of hij liegt of niet.

De onderzoekers lieten 34 proefpersonen 2 korte teksten schrijven over iets wat zij meegemaakt hadden. De ene tekst moest gaan over een waargebeurd feit en de andere over een fictieve gebeurtenis. De proefpersonen schreven hun teksten met een pen op papier dat was bevestigd op een speciaal paneel. Dit paneel registreerde precies hoe snel, hoe groot en met welke druk de proefpersonen schreven. Uit analyse van de resultaten bleek dat de proefpersonen tijdens het schrijven van de gelogen tekst harder op het papier drukten en grotere halen maakten dan tijdens het schrijven van de waargebeurde tekst.

Het schrijfgedrag van de proefpersonen werd nauwkeurig bijgehouden met speciale apparatuur. Liegen kost zoveel hersencapaciteit, dat iets wat normaal automatisch gaat, zoals schrijven, ineens meer moeite kost. Dit is af te lezen aan het schrijfgedrag. Iemand die liegt drukt harder op het papier en maakt grotere halen dan wanneer hij niet liegt.

Aanvulling op de polygraaf

Hoewel vervolgonderzoek zeker nodig zal zijn, denken de onderzoekers dat deze nieuwe methode in de toekomst gebruikt kan worden om leugenaars te ontmaskeren. Het grootste voordeel is volgens hen de eenvoud: de verdachte hoeft niet aan allerlei medische apparatuur verbonden te worden, zoals bij de polygraaf wel nodig is. Bovendien is de methode lastig voor de gek te houden. Ook als je zo goed mogelijk je best doet om ‘normaal’ te schrijven, schrijf je anders dan wanneer je niet liegt. Of deze methode ooit als een zelfstandige leugendetector kan werken is voorlopig nog niet duidelijk, maar in ieder geval kunnen de resultaten als aanvulling op de polygraaf dienen. Zodat alleen nog maar de écht schuldigen gepakt worden.

Bron:

Gil Luria & Sara Rosenblum (2009) Comparing the handwriting behaviours of true and false writing with computerized handwriting measures, Applied Cognitive Psychology.

Lees verder:

Dit artikel is een publicatie van NEMO Kennislink.
© NEMO Kennislink, sommige rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 23 september 2009
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.