Je leest:

Integratie op gemengde school niet vanzelfsprekend

Integratie op gemengde school niet vanzelfsprekend

Auteur: | 28 februari 2006

In haar proefschrift stelt sociologe Lotte Vermeij dat het belang van de etnische samenstelling van een klas voor integratie niet overdreven moet worden.

Het probleem van de zwarte scholen staat al een aantal jaren hoog op de politieke agenda. Terwijl vijftien procent van de tieners in Nederland een niet-westerse achtergrond heeft, is op de meeste scholen het overgrote deel autochtoon. De allochtone tieners zie je vooral terug op een klein aantal scholen in de grote steden. De scheiding tussen zwarte en witte scholen, ook wel etnische segregatie genoemd, wordt vaak als obstakel gezien voor integratie.

Sociologe Lotte Vermeij onderzocht aan de Universiteit Utrecht hoe de etnische samenstelling van een klas de culturele integratie tussen jongeren precies beïnvloedt en ze komt tot de conclusie dat die invloed niet zo groot is als men zou verwachten. Het mengen van scholen is geen garantie voor integratie.

Vermeij heeft twee belangrijke theorieën over culturele integratie getoetst. De eerste theorie die ze onder de loep neemt is de assimilatietheorie. Deze theorie gaat ervan uit dat vriendschappen tussen tieners van verschillende etnische groepen zorgen voor het vervagen van culturele grenzen. Hoe meer leden van een etnische groep er in je klas zitten, hoe meer kans dat je vriendschap met hen sluit, hoe meer kans dat je andere culturele gebruiken overneemt. Hoe meer vertegenwoordigers van je eigen groep in de klas zitten hoe meer anderen gebruiken van jou overnemen.

De tweede theorie die ze bestudeert is de identiteitstheorie. Volgens deze theorie is etniciteit een inherente waarde voor mensen. Jongeren zullen hun etnische identiteit vooral benadrukken als ze in contact komen met andere etnische groepen. Verwacht wordt ook dat autochtonen zich bedreigd voelen in hun positie en etnische minderheden zich juist gesterkt voelen, als er veel leden van etnische minderheden in een klas zitten. Daardoor heb je meer de neiging om je met je eigen groep te identificeren en die culturele kenmerken uit te dragen.

De theorieën lijken tegenover elkaar te staan maar ze hebben een belangrijke overeenkomst: beiden hechtten veel belang aan de etnische samenstelling voor integratie.

De culturele grenzen zijn vaag als het gaat om muziek

Over de grenzen

Culturele grenzen in de klas blijken scherp als het gaat om taal en vaag als het gaat om popmuziek. De ‘zwarte’ hip-hop bijvoorbeeld blijkt geen onderscheidende functie te hebben: iedereen luistert ernaar. Opvallend is dat de culturele grenzen van de Turkse groep veel minder scherp zijn dan de grenzen van de Marokkaanse groep. Dat terwijl vaak wordt gesteld dat de Turkse groep slecht geïntegreerd is.

Scheldwoorden

Uit een andere taal nemen jongeren vooral woorden over die kwetsend of onbeschoft zijn. Ondanks die harde inhoud van de woorden duidt de overname van woorden vaak wel op vriendschappelijke banden met leden van de etnische groep die die taal spreekt. Leerlingen die Marokkaanse of Turkse vrienden hebben nemen sneller een Marokkaans of Turks accent over dan anderen. Overname van een Antilliaans of Surinaams accent daarentegen is niet afhankelijk van vriendschap.

Status in de klas blijkt uit dit onderzoek niet sterk beïnvloed te worden door etniciteit. Wel hebben allochtonen een iets hogere status in klassen met meer allochtone leerlingen. Dit is volgens Vermeij niet zo verassend omdat allochtone leerlingen over het algemeen meer begrip zullen hebben voor kenmerken van hun eigen etnische groep en misschien ook wel voor andere allochtone groepen. Wel verassend is dat Turkse jongeren een lagere status worden toegekend als er meer allochtone klasgenoten zijn. Dit zou verklaard kunnen worden doordat andere allochtonen de Turkse groep gebruiken om zichzelf tegen af te zetten.

Een multicultureel schoolfeest

Discriminatie

Autochtonen hebben over het algemeen maar weinig allochtone vrienden onder hun klasgenoten, terwijl allochtone jongeren ongeveer evenveel bevriende autochtone als allochtone klasgenoten hebben. Betekent dit dat autochtonen meer discrimineren? Helemaal niet. Ze discrimineren zelfs veel minder tussen hun autochtone en allochtone klasgenoten dan allochtone jongeren. Autochtonen zitten gewoon vaker in minder diverse witte klassen waardoor ze minder vriendschappen sluiten met allochtonen.

Integratie

Hoeveel invloed heeft de etnische samenstelling van een klas nu op culturele integratie? Hoe groter een groep, hoe meer leden van die groep vasthouden aan de eigen cultuur en hoe meer anderen die cultuur overnemen: assimilatie dus.

De etnische samenstelling van een klas beïnvloedt de status van etnische groepen ook. Als één etnische groep veel meer leden heeft dan de andere, heeft zij vaak ook een hogere status in de klas. Culturele integratie blijkt volgens Vermeij echter los te staan van de status die etnische groepen hebben. Hogere status of niet, de grootste groep dwingt de kleinere dus niet zomaar haar gebruiken op.

Lotte Vermeij promoveert 3 maart aan de Universiteit Utrecht op haar proefschrift: What’s cooking?: Cultural boundaries among Dutch teenagers of different ethnic origins in the context of school.

Zie ook:

Dit artikel is een publicatie van NEMO Kennislink.
© NEMO Kennislink, sommige rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 28 februari 2006
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.