Onze minister-president heeft het niet makkelijk. Op 21 en 22 juni wacht hem tijdens de Europese topconferentie in Brussel een zware taak. Daar moet hij gaan uitleggen waarom Nederland geen Europese Grondwet, maar een verdrag wil. Geen Europa met alles erop en eraan, maar een EU ‘light’. Twee jaar geleden stemden wij immers massaal ‘nee’ tegen een Europese Grondwet. Die ‘nee’ moet Balkenende nu in Brussel verdedigen.
Die Nederlandse ‘nee’ heeft allerlei vragen opgeroepen. Hoe moesten politici de uitslag van het referendum interpreteren? Waren Nederlanders het gewoon niet eens met Balkenendes nationaal beleid, met zijn kapsel, of wezen ze de inhoud van de Grondwet af? Hoe denkt de Nederlandse bevolking over Europa? En hoe kan de kloof tussen burger en EU overbrugd worden? Om deze vragen te beantwoorden schakelde Balkenende de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid in. Onlangs publiceerden zij de resultaten van hun onderzoek.
De minister-president moet volgens de WRR het boegbeeld van het Nederlandse Europabeleid zijn. Het is onontbeerlijk dat de minister-president niet moe wordt het Europabeleid uit te dragen,’ aldus de WRR. Fotograaf: Dirk Hol.
Boegbeeld
Dat Nederlanders zich zo weinig betrokken voelen bij Europa, ligt niet aan de Europese Unie. In de eerste plaats moet de regering de schuld zoeken bij zichzelf. Volgens het advies van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) is ‘een aantal forse verbeteringen op nationaal niveau’ nodig. Het advies laat zien dat de verantwoordelijkheid van nationale politici in het Europa van nu veel groter is dan zij zelf lang dachten. Europa gaat immers niet alleen meer over kolen en staal, regeltjes en wetten. Er moeten belangrijke politieke en ideologische keuzes gemaakt worden. Bijvoorbeeld over de toelating van Turkije, of over de ontmanteling van de verzorgingsstaat.
Nederlandse politici moeten de belangrijkste schakel worden tussen Europa en de Nederlandse burgers. De minister-president moet volgens de WRR dan ook het boegbeeld van het Nederlandse Europabeleid zijn. Balkenende en zijn toekomstige opvolgers moeten de hoofdlijnen van de Nederlandse Europa strategie uitzetten. De keuzes die daarbij gemaakt worden moeten constant aan burgers en media uitgelegd worden. ‘Het is onontbeerlijk dat de minister-president niet moe wordt het Europabeleid uit te dragen,’ aldus de WRR.
Bij een referendum zijn de afspraken al gemaakt en kan de burger alleen maar ja of nee stemmen. Maar bij een preferendum krijgt de burger al in een vroeg stadium, vóórdat afspraken vastliggen, verschillende inhoudelijke alternatieven voorgelegd.
Preferendum
Nederlandse politici moeten inhoudelijke keuzes aan burgers voorleggen, zo blijkt uit het WRR rapport. Dit moet niet via een referendum, maar een preferendum. De WRR vindt een preferendum een geschikt middel om burgers te betrekken bij Europa. Bij een referendum zijn de afspraken al gemaakt en kan de burger alleen maar ja of nee stemmen. Maar bij een preferendum krijgt de burger al in een vroeg stadium, vóórdat afspraken vastliggen, verschillende inhoudelijke alternatieven voorgelegd. Op deze manier kun je als burger veel beter aangeven welk Europa je wilt. Bovendien ontstaat er dan een levendig en toegankelijk publiek en politiek debat over Europa. Een ander voordeel van een preferendum is dat de politiek veel beter zicht heeft op wat er leeft onder de bevolking. Politici kunnen de uitslag van een preferendum beter interpreteren.
Bron: www.loesje.nl
Groot onderhoud
Naast politiek leiderschap en preferenda raadt de WRR ook veranderingen in de Nederlandse Grondwet aan. In de Nederlandse Grondwet zouden twee dingen moeten komen te staan. Ten eerste moet er in de Grondwet worden vastgelegd welke waarden en welke doelen Nederland met het EU-lidmaatschap nastreeft. Ten tweede moet worden vastgelegd dat de eigenheid en zelfstandigheid van Nederland binnen de EU moet worden gegarandeerd. Een Grondwet verander je natuurlijk niet zo maar. Er zou dan ook flink gedebatteerd moeten worden over wat we met de EU willen en welke richting we opgaan.
Juist dat debat ziet de WRR zo graag van de grond komen. Een debat onder politici, in het parlement, in de media maar vooral ook op straat, aan de keukentafel en bij de kapper. Dat Europeanen nog steeds graag hun mening over de EU geven, blijkt uit onderzoek van de Britse krant The Financial Times. Een peiling onder Europeanen uit de grote EU-lidstaten laat zien dat een meerderheid een referendum over een nieuw verdrag wil. Ook Nederlanders zijn nog niet Europa-moe, blijkt uit onderzoek van TNS Nipo (in opdracht van RTL). Bij een nieuw referendum zal een derde van de kiezers vóór een gewijzigd verdrag stemmen en 11 procent tegen. Veertig procent van de kiezers heeft nog geen mening. Balkenende kan maar beter zo snel mogelijk beginnen met het opvolgen van de WRR adviezen.
Het WRR rapport ‘Europa in Nederland’ verscheen op 5 juni en is hieronder te downloaden als PDF:
Het volledige rapport ‘Europa in Nederland’ (PDF)
De samenvatting van het rapport ‘Europa in Nederland’ (PDF)
Zie ook:
- Dossier Europese Unie
- Het eerste landelijke referendum van Nederland (Kennislinkartikel)
- Regeringspartijen maken het verschil (Kennislinkartikel)
- EU-Grondwet oneerlijk? (Kennislinkartikel)
- Over de Europese Grondwet
- Europa site (Kennisnet)
- Eurobarometer (Engels)
- Thema Europa (NRC)
- De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR)