In den beginne luisterde iedereen naar een unieke naam. Adam (‘mens’). Eva (‘levend met de slang’). Abraham (‘vader van vele volkeren’). Of Noach (‘rustgever’). Maar zoals bekend vermenigvuldigden we ons. Namen kwamen we tekort. De oplossing? Dubbele namen. We komen ze tegen in het Nieuwe Testament waar leerlingen van Jezus Simon Petrus of Simon de Zeloot heten. Of Jacobus de Mindere en Jacobus de Meerdere.
De Romeinen waren minder vindingrijk in het geven van achternamen. Bij meer zonen begonnen de trotse vaders gewoon te tellen: Quintus Horatius Flaccus of Octavius Mamilius Tusculanus. De inwoners van het Romeinse Rijk waren hiermee wel een van de eersten die behalve een praenomen (‘voornaam’) ook een nomen (‘familienaam’) en cognomen (‘bijnaam’) kenden.

Vanaf de vijfde eeuw hanteerden Germaanse volken zoals de Franken, de Friezen en de Saksen een éénnaamsysteem. Ieder had één, unieke naam. Vaak waren dit “wensnamen” zoals Brecht (‘schitterend’ of ‘beroemd’). De ouders vernoemden hun kinderen wel vaak naar zichzelf. Zo heette de zoon van Wolf en Gang Wolfgang (‘ten strijde gaan als een wolf’) en de zoon van Bern en Hard Bernhard (‘zo sterk als een beer’). En luisterde de dochter van Mecht en Ild naar de naam Mechtild (‘machtig strijdster’) en de dochter van Irm en Gard naar de naam Irmgard (‘krachtige beschermster’).
Dubbele naam
Het tweenamensysteem verving vanaf de Hoge Middeleeuwen steeds meer het éénnaamsysteem. Naast een voornaam mat je jezelf ook een “familienaam” aan. Aanvankelijk waren het vooral vorsten en adellijken die zichzelf een familienaam toedichtten. Voor deze “familienamen” lieten ze zich inspireren door afstamming (‘afstammingsnamen’), herkomst (‘geografische namen’), beroep (‘beroepsnamen’) of persoonlijke eigenschappen (‘eigenschapsnamen’).
Afstammingsnamen gaven een genealogische relatie aan. Dit kon een afstamming van de vader (patroniem_), van de moeder (metroniem_) of van een persoon uit de ruimere familie (extended family) zijn. Patroniemen werden gevormd met de voornaam van de vader. Aan de voornaam voegden ze het achtervoegsel ‘-zoon’ (of ‘-sone’) toe. Het achtervoegsel ‘-zoon’ verbasterde al snel tot ‘-sen’ of ‘-s’. Zo verbasterde Willemszoon tot Willemsen of Willems. Andere voorbeelden zijn Janssens (zoon van Jan), Hendriksen (zoon van Hendrik) en Pieterse (zoon van Pieter). Metroniemen werden gevormd met de voornaam van de moeder. Bijvoorbeeld Beliën, Luyts, Mariën en Verleyen. Verwantschapsnamen uit de extended family konden De Neve of Ooms zijn.
Geografische namen duidden op de aardrijkskundige herkomst van de persoon. Deze herkomstnamen bevatten vooral stads-, dorps- of streeknamen (toponiemen_). Wat dacht je bijvoorbeeld van Brusselmans, Van Leiden, Hollanders of Van Velzen. Herkomstnamen konden ook naar kleinere geografische eenheden (_microtoponiemen) verwijzen, zoals boerderijen, velden, huizen, waterlopen en straten: Van Dijk, Uyttendaele, Van Acker, Hordijk en Verhoeven.

Beroepsnamen verwezen naar het beroep, het ambt of de activiteit die de persoon uitoefende. Zo kunnen we wel raden wat het beroep van Brouwers, De Clerck, Smit en Visser was. Namen als De Meier, Droste en Scholten verwezen naar een ambt. Barbiers, De Baerdemacker, Kuiper, Wevers en Olieslager duidden op beroepen uit het stedelijk milieu. En Bakker, Smets, Mulder, De Boer en Ramakers wezen op bezigheden rondom het platteland.
Eigenschapsnamen verwezen naar persoonlijke eigenschappen van de persoon in kwestie. Zo heetten de ouders van de boomlange Karel de Grote Pepijn de Korte en Bertha met de Grote Voeten (of Bertha met de Ganzenvoeten). En hoe denk je dat Filips de Schone, Pepijn met de Bult, Karel de Kale en Karel de Dikke aan hun naam kwamen?!
Bijnaam
Bertha met de Grote Voeten
Getrouwd met
Pepijn de Korte
Ouders
Caribert van Laon (moeder onbekend)
Kinderen
Karel de Grote, Carloman I, Gisela
Geboren – gestorven
720 – 783
Bijzonderheden
Volgens een Franse legende was er een huwelijk tussen Pepijn de Korte en Bertharada van Laon (haar echte naam) geregeld. Bertrada’s vader schaamde zich echter zo erg voor zijn dochter met haar grote voeten, dat hij haar opsloot en zijn andere dochter aan Pepijn uithuwelijkte. Pepijn was zich van geen kwaad bewust. Bertha met de Ganzenvoeten, zoals ze ook wel genoemd werd, wist te ontsnappen en vluchtte naar het Franse dorpje Aloxe-Corton. Pepijn had het bedrog inmiddels bemerkt en stuurde zijn ridders heel Europa in met de opdracht zijn echte vrouw op te sporen. De ridders vonden Bertha en namen haar mee naar het hof van Pepijn. Bertha met de Grote Voeten en Pepijn de Korte stapten in het huwelijksbootje.
Bijnaam
Filips de Schone
Getrouwd met
Johanna van Castiliё (‘Johanna de Waanzinnige’)
Ouders
Maximiliaan van Oostenrijk en Maria van Bourgondië
Kinderen
Eleonora, Karel V, Isabella, Ferdinand I, Maria, Catharina
Geboren – gestorven
1478 – 1506
Bijzonderheden
Filips van Bourgondië (zoals hij echt heet) was absoluut niet moeders lelijkste. Het kostte hem dan ook weinig energie verschillende mooie vrouwen in bed te krijgen. Ook tijdens zijn huwelijk met Johanna van Castiliё (‘Johanna de Waanzinnige’) kon hij niet van de vrouwen blijven. Vrouwlief Johanna, die niet echt bekend stond om haar stabiele geest, kon zijn buitenechtelijke escapades maar moeilijk verkroppen.
Bekijk ook de Galerie der bijnamen
Met namen als Bertha met de Grote Voeten en Filips de Schone verwezen de Middeleeuwers naar het uiterlijk van de vorsten. Maar velen verwierven hun naam door bijzondere karaktereigenschappen. Zo vond Lodewijk de Vrome bidden belangrijker dan regeren, vermeden Karel de Stoute (‘stoutmoedig’ bekent ‘dapper’) en zijn opa Jan Zonder Vrees geen enkel conflict en kreeg Johanna de Waanzinnige niet alles op een rijtje.
Bijnaam
Johanna de Waanzinnige
Getrouwd met
Filips de Schone
Ouders
Ferdinand II van Aragón en Isabella I van Castilië
Kinderen
Eleonora, Karel V, Isabella, Ferdinand I, Maria, Catharina
Geboren – gestorven
1479 – 1555
Bijzonderheden
Na de dood van haar man Filips de Schone raakte Johanna van Castiliё (haar echte naam) in de war. Ze liet zijn lijk balsemen, in een loden kist leggen en deze in haar slaapkamer plaatsen. Elke ochtend opende ze zijn kist om te zien of hij weer tot leven was gekomen. Op een dag besloot Johanna met haar man het graf van haar moeder in Granada te bezoeken. Het gezelschap reisde alleen ’s nachts. Af en toe beval Johanna de kist te openen om haar man zo tot leven te kussen. Helaas! Overdag verbleef het gezelschap in een kasteel of klooster. Daar liet ze de kist in de kloosterkapel plaatsen, waarna ze de zoveelste uitvaartmis voor hem liet opdragen. Het verhaal gaat dat Johanna op een dag in een nonnenklooster terecht kwam. Denkend aan de vele buitenechtelijke escapades van manlief Filips sloegen de stoppen door en stuurde ze alle nonnen naar buiten. Dat het buiten stormde kon haar weinig deren. De begrafenisoptocht bereikte Grenada nooit. Johanna bleef met haar gezelschap reizen, hopend dat Filips weer tot leven zou komen. Met dit gedrag verwierf Johanna van Castiliё de bijnaam Johanna de Waanzinnige. Ze werd krankzinnig verklaard en opgesloten in een kasteel in Tordesillas.
Bijnaam
Jan Zonder Vrees
Getrouwd met
Margaretha van Beieren-Straubing
Ouders
Filips de Stoute en Margaretha van Male
Kinderen
Margaretha, Maria, Filips de Goede, Anna, Agnes van Bourgondië, Isabella, Catharina, Jan van Bourgondië (onwettig), Gwijde (onwettig), Antoon (onwettig), Filippotte (onwettig)
Geboren – gestorven
1371 – 1419
Bijzonderheden
Net als zijn vader Filips de Stoute (‘stoutmoedig’ betekent ‘dapper’) kende ook Jan Zonder Vrees weinig angst. Vooral tijdens zijn deelname aan de kruistocht tegen de Ottomaanse sultan Bayezid I, die het Hongaarse koninkrijk bedreigde, vocht hij zonder vrees.
Bekijk ook de Galerie der bijnamen
Sommigen vergeleken zichzelf met dieren. Zij gingen door het leven als De Vos, De Pauw, De Hond of De Leeuw.
Een enkeling die nog niet tevreden was met zijn “familienaam” voegde het achtervoegsel ‘-mans’ aan zijn naam toe. Dit verklaart waarom we heden ten dage namen als Peetermans (afstammingsnaam), Puttersmans (geografische naam), Boermans (beroepsnaam) en Grootmans (eigenschapsnamen) in het telefoonboek terugvinden.

Wie zijn naam niet chic genoeg vond, kon zijn hart ophalen in de Renaissance. Mode was toen een Latijnse naam aan te nemen. Zo herschiep Kreemer (‘marktkramer’) zich tot Mercator en zag de beroemde Nederlandse Kuiper zijn wedergeboorte in de naam Couperus.
Napoleon
Het Concilie van Trente (1545 – 1563) verplichtte iedereen een familienaam op te geven. De kerk trachtte zo geboorten, huwelijken en sterfgevallen te registreren. De staat nam deze “taak” over na inlijving van Nederland door Lodewijk Napoleon Bonaparte. De Franse keizer voerde de Code Civil (of ‘Code Napoléon’) in. Met dit burgerlijk wetboek werden de regels voor de burgerlijke stand opgesteld. Het decreet van Napoleon van 18 augustus 1811 verplichtte eenieder zijn of haar familienaam te bevestigen bij het gemeentesecretariaat of een nieuwe familienaam aan te nemen.
Decreet van Napoleon (1811) Verplichting tot het aannemen van een achternaam.
Decreet van Napoleon "In het Paleis van St. Cloud, den 18 Augustus 1811. Napoleon, Keizer der Franschen, Koning van Italiën, Beschermer van het Rhijnverbond, Bemiddelaar van het Zwitsersch Bondgenootschap. Op het rapport van onzen Groot-Regter Minister van Justitie; Gezien ons Decreet van den 20 July 1808; Onzen Staatsraad gehoord; Hebben wij gedecreteerd en decreteeren het geen volgt:
Art 1.
De genen onzer onderdanen in de departementen van het voormalig Holland, der Monden van den Rhijn, der Monden van de Schelde en van het arrondissement Breda, welke tot dus verre genen vasten familienaam of voornamen hebben gehadt, zullen gehouden zijn, zodanigen, in den loop van het jaar der bekendmaking van ons tegenwoordig decreet, aan te nemen, en de opgave daarvan te doen aan den ambtenaar van den civielen staat der gemeente, alwaar zij woonachtig zijn.
Achternamen werden overgedragen van vader op kind. Was de vader onbekend, wenste de vader het kind niet te erkennen of wilde de moeder erkenning tegenhouden, dan verkreeg de kleine de naam van de moeder. Getrouwde vrouwen droegen de achternaam van manlief, terwijl ze hun ‘meisjesnaam’ behielden. De burgemeester verkreeg het recht een vondeling een naam te geven. Vaak vernoemde hij het weesje naar de vindplaats (Kerkstoel, Zandbak) of het tijdstip van vondst (Vrijdag, Middernacht).
De meesten registreerden de “familienaam” die ze voor de verplichte registratie droegen. Sommigen verzonnen een nieuwe naam. De een serieus, de ander minder serieus. Zou de naam Naaktgeboren uit deze tijd stammen? En hoe heet jij eigenlijk?
Lees ook:
- De betekenis van namen (Kennislink artikel)
- Ambitieuze vrouw beter af met eigen naam (Kennislink artikel)
- Voornamen: wat zegt je voornaam over jou? (Kennislink artikel)
- Databank Nederlandse familienamen
- Namen en Naamkunde in Nederland en elders
- Belgische gemeentekaart met spreiding van bepaalde familienamen
- Nederlandse gemeentekaart met spreiding van bepaalde familienamen
- Meest voorkomende familienamen in België
- De geschiedenis van de achternaam
- Netwerk naamkunde
- Wat betekenen onze familienamen?