Je leest:

Het Googlen van de toekomst doe je met je vrienden

Het Googlen van de toekomst doe je met je vrienden

Auteur: | 28 januari 2010

Google is de beste vriend van iedereen met onbeantwoorde vragen. Alhoewel, echte vrienden kunnen ook nuttig zijn – ze snappen vaak beter wat jij wilt weten en voelen zich verplicht om je te helpen. Het zoeken van de toekomst ligt volgens wetenschappers van de University of California dan ook in een combinatie van beide: zoekmachines die gebruik maken van ons sociaal netwerk.

Stel, je bent de naam van John Gray in een politiek essay tegengekomen en je wilt meer weten over deze man. Wie John Gray googlet, raakt al gauw in verwarring: schrijft John Gray nou over politieke filosofie of over mannen van Mars en vrouwen van Venus? Met een beetje digitaal speurwerk wordt het raadsel al snel opgelost (twee wetenschappers heten toevallig John Gray). Maar was het niet handig geweest als Google zelf al had begrepen dat je op zoek was naar de politieke filosoof?

Eén manier om betere zoekresultaten te krijgen, is het ontwikkelen van zoekmachines die gebruik maken van online sociale netwerken. Als Google (of een andere zoekmachine) je LinkedInprofiel, Facebookvrienden en MSN-conversaties kon linken aan je zoekopdracht, had Google waarschijnlijk wel geweten dat jij op zoek was naar John-Gray-de-filosoof. Bijvoorbeeld omdat je vrienden filosofie hebben gestudeerd, je connecties een boek van Gray hebben gelezen of je zelf lid bent van een politicologie-groep. Google had John-Gray-de-relatie-expert dan verbannen naar de onderste regionen van de zoekresultatenlijst.

Het voordeel van sociale zoekmachines spreekt voor zich: zoeken wordt een stuk efficiënter. Het nadeel ook: onze privé-gegevens liggen voor het oprapen.

Relevantere zoekresultaten

“De waarde van sociaal zoeken is dat zoeken gepersonaliseerd wordt,” zegt Brynn Evans van de Universiteit van California. De digitaal antropologe doet onderzoek naar online sociale contacten. “Als zoekmachines gebruik gaan maken van informatie uit sociale netwerken, borrelen de zoekresultaten op vanuit een vriendennetwerk dat je vertrouwt. Vanwege dat vertrouwen zijn de zoekresultaten misschien wel relevanter dan traditionele zoekresultaten." Bijvoorbeeld als je het web afstruint op zoek naar nieuwe muziek en daarbij wordt geleid door de smaak van je vrienden. Maar bijvoorbeeld ook als je binnen een onderzoeksinstituut naar wetenschappelijke artikelen zoekt. Dat ene interessante artikel dat diep in het Google-labyrinth verborgen lag, komt dankzij een analyse van het eerdere zoekgedrag van collega’s sneller bovendrijven.

Volgens Brynn Evans is de zoekmachine van de toekomst echter nóg socialer. Het wordt niet alleen mogelijk om met ingewikkelde algoritmen door je online sociale netwerk te zoeken, maar ook om een rechtstreekse vraag aan je vrienden te stellen, of om even met een collega te chatten over de informatie waar je naar op zoek was. “Rechtstreekse gesprekken van persoon tot persoon hebben cognitieve voordelen en zijn een waardevolle aanvulling op het proces van informatieverwerking," vertelt Evans. In contact met een soortgenoot, denken mensen namelijk beter na over wat ze precies willen weten en is er meer ruimte voor reflectie, zo blijkt uit een experiment van Evans en haar collega’s.

In recent gepubliceerd onderzoek van Evans en co kregen studenten een ingewikkeld vraagstuk over duurzame energie voorgelegd. Eén groep moest het vraagstuk oplossen zonder Google, maar met hulp van hun (online) vrienden. Een andere groep studenten mocht alleen zoekmachines gebruiken. Deze studenten tikten meestal direct de hele vraag zomaar in het Googleschermpje. Maar de ‘sociale zoekers’ gingen eerst nadenken over de deelvragen die beantwoord moesten worden. Dat kwam omdat ze hun vragen bijvoorbeeld Twitterden en daardoor maar een beperkt aantal woorden konden gebruiken en er zeker van wilden zijn dat hun Tweet zó geformuleerd was dat het de juiste reacties zou opleveren. Ook het feit dat Tweets en Facebook-posts gearchiveerd worden, maakte dat de studenten extra goed nadachten over de formulering.

Naast Twitteren en Facebooken, sloegen de studenten ook aan het bellen, emailen en chatten. Ook deze strategie levert cognitieve voordelen op: de verkregen informatie wordt meer geïnterpreteerd en beter verwerkt. Bovendien voelden de vrienden zich sociaal verplicht om een serieus en uitgebreid antwoord te geven – vrienden help je immers. Een zoekmachine is lang niet zo loyaal.

Onvoorspelbaar

“Op het moment gebruiken mensen hun online netwerk al als vraagbaak, al zijn netwerksites op het moment niet ingericht om makkelijk te zoeken” zegt Brynn Evans. “Op Twitter bijvoorbeeld, heb je al zogeheten lazy tweets." Toch is het volgens haar nog maar afwachten of we binnenkort een sociale Google kunnen downloaden. Er is namelijk één – groot – bezwaar tegen sociale zoekmachines: onze privé-gegevens liggen zomaar voor het oprapen. Misschien willen we wel helemaal niet dat onze collega’s dat ene onvindbare, interessante artikel snel op het scherm tevoorschijn toveren, of dat onze vrienden zien dat we naar internetporno hebben gezocht. Bovendien zal niet iedereen zin hebben om steeds vragen van vrienden te beantwoorden. Evans: “Sociaal zoeken zou ons dagelijks leven een stuk makkelijker maken. Maar hoe mensen op zulke services zullen reageren, is onvoorspelbaar.” Ook al is de technologie voorhanden, de acceptatie van die technologie blijft mensenwerk.

Meer weten?

Dit artikel is een publicatie van NEMO Kennislink.
© NEMO Kennislink, sommige rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 28 januari 2010
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.