Dit bewijs werd gevonden door onderzoekers van de Universiteit van Hawaï. Zij hebben geen haaien in zee bestudeerd maar deden proeven met zeven haaien in een groot rond aquarium met een doorsnee van zeven meter. Zes van de haaien waren Grootvinhaaien ( Carcharhinus plumbeus) en een was een Lewins hamerhaai ( Sphyrna lewini). De onderzoekers knutselden een reusachtige elektromagneet om het bassin heen, met een spoel van koperdraad met 100 wendingen. Als de magneet aan stond, was in het midden van het aquarium de intensiteit van het magnetisch veld vergelijkbaar met dat van het aardmagnetisch veld. Aan de rand van het bassin was de intensiteit drie keer zo hoog.
De proefhaaien: Grootvinhaaien (boven) en een Lewins hamerhaai (onder). Bij de hamerhaai staat een bovenaanzicht van de kop klik op de afbeelding voor een grotere versie
Hoe onderzoek je nu of de haaien dit kunstmatige magnetische veld kunnen waarnemen? Als ze er last van zouden hebben zou je waarschijnlijk zien dat ze anders reageren, maar dat is niet het geval. De onderzoekers bedachten de volgende oplossing. Steeds als ze het magnetisch veld inschakelden, boden ze een lekker hapje aan op de bodem in het midden van het aquarium. Op deze manier conditioneerden ze het gedrag van de haaien. Vervolgens keken ze of de haaien ook naar de voederplek zwommen als het magnetisch veld werd aangeschakeld zonder dat er voedsel werd aangeboden. En dat was zo! Normaal cruisten de haaien rustig langs de rand van het bassin, maar nadat het veld was geactiveerd zwommen ze sneller, met onrustige draaien en hielden ze zich vooral op bij de voedselplek. En dus moesten ze in staat zijn het magnetisch veld waar te nemen. De wetenschappers bleven bij de proef uit het zicht van de haaien. Daarmee werd bijvoorbeeld uitgesloten dat de haaien naar de voedselplek gingen omdat ze zágen dat de magneet werd aangezet.
De proeven zijn gedaan in een groot rond bassin.
De Hawaïaanse “magnetiseurs” willen nog uitzoeken hoe nauwkeurig haaien het magnetisch veld kunnen waarnemen en waarmee ze dit doen. Mogelijk gebruiken haaien de elektroreceptororganen waarmee ze spanning detecteren die afkomstig is van de huid van hun prooi. Deze orgaantjes zijn waarschijnlijk ook gevoelig voor de inductiespanning die ontstaat als een haai in een magnetisch veld zwemt. Bij duiven en forellen werkt de detectie van magnetisme net als bij een kompas. Deze dieren hebben namelijk het ijzermineraal magnetiet in hun lichaam. Haaien hebben dit waarschijnlijk niet.
Filmpje
Het filmpje laat zien hoe de proefopstelling met de haaien in zijn werk gaat
Bron:
Journal of the Royal Society Interface
Quicktime filmpje (9mb)