Het gaat slechter met het klimaat dan gedacht. Dat was de boodschap toen het Platform Communication on Climate Change (PCCC) maandag 20 april 2009 het rapport ‘De staat van het klimaat 2008’ aan staatssecretaris Huizinga presenteerde. Voornaamste redenen tot zorg: de uitstoot van CO2 neemt steeds sneller toe, en er zijn aanwijzingen dat het klimaat daar gevoeliger op reageert: dezelfde hoeveelheid broeikasgas zorgt dan voor meer wereldwijde opwarming dan we eerder dachten. De 2500 klimaatwetenschappers die vorige maand in Kopenhagen samenkwamen delen de ongerustheid. Tenzij we voor 2020 tot een drastische reductie van onze CO2-uitstoot komen, staat ons onomkeerbare klimaatverandering te wachten zoals we die als beschaving nog nooit hebben meegemaakt.

Tot zover het doemscenario. Er is ook goed nieuws: het ontbreekt ons niet aan de kennis, technologie of economische middelen om effectieve klimaatmaatregelen te ontwikkelen, constateren de wetenschappers. Er is volgens de confererende onderzoekers eigenlijk geen steekhoudende reden om niet meteen en op grote schaal aan de slag te gaan met het verlagen van onze CO2-uitstoot.

Wie dat zegt, rekent echter buiten ons brein – of beter gezegd, buiten de duizend-en-één psychologische trucjes die we met onszelf uithalen om maar te voorkomen dat we iets aan onze levensstijl moeten veranderen. Dat gaat voor een groot deel onbewust: zelfs als we ons ongerust maken over het klimaat en graag milieuvriendelijk willen zijn, doen we de zaterdagboodschappen uit gewoonte met de auto. Zonder erbij na te denken.
‘Nu niet op mij van toepassing’
De Britse milieuwetenschapper Irene Lorenzoni geeft daarvoor een verklaring: pas in de toekomst gaat ons dagelijks leven echt duidelijk hinder ondervinden van klimaatverandering, maar de boodschappen doe je nu. Gemak op korte termijn krijgt voorrang boven ongemak op de langere termijn. Bovendien twijfelen we of wij wel zo’n last krijgen van de gevolgen van een warmere aarde. We wonen in een welvarend land, dus “iemand zal wel iets doen voor het te laat is”. We denken als we in de auto stappen niet aan de mensen in Bangladesh, die volgens een aantal klimaatmodellen te maken krijgen met een enorme toename in het aantal overstromingen van hun leefgebied. Gewoon, omdat het in tijd en plaats niet dichtbij genoeg is.

Je CO2-uitstoot terugdringen heeft daarom wel iets weg van stoppen met roken om te voorkomen dat een volslagen vreemde longkanker krijgt. Als je je bedenkt hoeveel moeite rokers al hebben met stoppen voor hun eigen longen, is het dus niet zo vreemd dat het met die CO2-reductie niet zo best wil lukken. Maar juist in deze metafoor ligt een idee om klimaatmaatregelen persoonlijker, dichter bij huis en daardoor gemakkelijker uitvoerbaar te maken.
Klimaatvriendelijk voor je gezondheid
Groen doen is namelijk gezond. En dat is iets waar campagnes die ons moeten stimuleren tot klimaatvriendelijker gedrag nauwelijks gebruik van maken, ontdekten de Canadese psychologen Elizabeth Nisbett en Mark Glick. Een misser, want mensen veranderen nu eenmaal een stuk gemakkelijker voor zichzelf dan voor een tamelijk vaak, onzeker probleem dat zich bovendien in de toekomst en waarschijnlijk ergens anders op aarde zal afspelen.
Nisbett en Glick bepleiten daarom een gezamenlijke aanpak van gezondheid en klimaatverandering in voorlichtingscampagnes. Voor wie geen zin heeft om op Postbus 51 te wachten, komen hier alvast vier wetenschappelijk verantwoorde gedragsveranderingen waar niet alleen de planeet maar ook je lichamelijke en geestelijke gezondheid van zullen profiteren.

1. Uit de auto, op de fiets
Milieuwinst: minder CO2-uitstoot. Gezondheidswinst: helpt tegen overgewicht, betere conditie.
Bijna de helft van de mensen die één tot vijf kilometer van zijn werk woont, neemt toch de auto, berekende het Centraal Bureau voor de Statistiek . Volgens milieuwetenschapper Lorenzoni is dit vooral uit gewoonte: mensen denken niet meer bewust na over de beslissing om de auto te pakken, omdat ze dat eigenlijk altijd doen. Afstappen van dit soort korte autoritjes is echter goed voor klimaat en gezondheid. Fiets je vijf dagen per week vijf kilometer heen en vijf kilometer terug naar je werk, dan verlaag je niet alleen de jaarlijkse CO2-uitstoot van je auto, maar voldoe je ook gelijk aan de Nederlandse norm voor gezond bewegen.

2. Eet minder vlees en red de planeet
Milieuwinst: minder broeikasgassen (CO2 en methaan). Gezondheidswinst: minder overgewicht, gezonder en misschien zelfs langer leven.
Van alle sectoren levert de veeteelt de grootste bijdrage aan de klimaatverandering. Dat komt bijvoorbeeld omdat het vee graast waar anders bos had kunnen groeien of veevoer eet dat ergens verbouwd moet worden – wederom staat daar geen bos CO2 op te nemen. En het aandeel van de veeteelt zal in de toekomst eerder toe- dan afnemen, voorspellen wetenschappers. We gaan namelijk steeds meer vlees eten. Meer zelfs dan goed voor ons is, aldus Walter Willett , arts aan de Harvard Medical School. Uit een groot aantal onderzoeken blijkt namelijk dat mensen die weinig vlees eten (met name rood vlees en verwerkt vlees, zoals worstjes of hamburgers) minder risico lopen op bepaalde typen kanker en bovendien wat langer leven.
Een team van Nederlandse onderzoekers onder leiding van Elke Stehfest berekende welke gevolgen de huidige trend (steeds meer vlees) heeft voor het klimaat. Dat zetten ze af tegen Willetts gezonde alternatief. Ze ontdekten dat minder vlees eten (en dus minder veeteelt) relatief simpel en goedkoop helpt de toename van de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer te beperken. En het is dus nog gezonder ook.

3. Minder kopen, meer geluk
Milieuwinst: minder CO2-uitstoot door minder productie. Gezondheidswinst: een gelukkiger leven
Producten die je koopt kunnen niet alleen stroom verbruiken nadat je ze gekocht hebt, ook het productieproces kost energie en zorgt dus voor CO2-uitstoot. Lang niet alle spullen die we kopen, hebben we ook daadwerkelijk nodig. We willen het vooral hebben omdat we denken dat we gelukkiger worden van het hebben van mooie kleren, en dat we van een dagje shoppen dus wel enorm zullen opknappen. Dit soort materialisme zorgt niet alleen voor onnodige CO2-uitstoot, je wordt er ook ongelukkig van. Dat bleek onder meer uit onderzoek van de Amerikaanse wetenschapper Andrew Christopher en zijn twee collega’s . Wie weinig consumeert geeft materialisme geen kans en is dus een gelukkiger mens, en het scheelt ook nog CO2.

4. Plant een boom en voorkom een depressie
Milieuwinst: afname van de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer. Gezondheidswinst: een gezonder gevoel, minder depressie, minder last van stress en een betere stemming
Mensen die in een groene omgeving wonen, voelen zich gezonder, ontdekte de Utrechtse promovenda Jolanda Maas . Dat geldt niet alleen op het platteland: ook steden met veel groen hebben een positief effect op hoe gezond je je voelt. Groen vermindert bovendien de kans op een depressie of angststoornis behoorlijk. Uit eerder onderzoek bleek al dat een beetje natuur in de omgeving zorgt dat je beter met stress kunt omgaan en dat je stemming verbetert.
En de groene lofzang houdt niet op bij een beter welzijn. Bomen zijn natuurlijke CO2-slurpers, dus nieuwe aanplant kan de totale hoeveelheid CO2 in de lucht doen dalen. Een boom die een huis in de schaduw zet is in de zomer zelfs extra nuttig, want in een huis uit de zon hoeft de airco niet zo hard te werken, constateren onderzoekers van de Michigan State University.

Psychologische fuik
De kunst van het ‘groene leven’ zit hem dus in het doorbreken van die gewoontes en gedragspatronen, die toch al niet goed voor ons waren. Onderzoekers Nisbett en Glick hopen dat dit inzicht ervoor zorgt dat de psychologische fuik – ‘autorijden nu, klimaatverandering later’ – ombuigt in een situatie waarin we ons desnoods alleen voor onze gezondheid en geluk klimaatvriendelijk gaan gedragen. Want als we vandaag uit de auto en op de fiets stappen voor onze gezondheid, zo redeneren de gedragswetenschappers, zitten we morgen niet met de gebakken klimaatperen.
Opmerking: waar mogelijk zijn cijfers gebruikt die van toepassing zijn op Nederland. Waar die niet voorhanden waren zijn cijfers uit andere ontwikkelde landen gebruikt, zoals Zwitserland en de Verenigde Staten. De cijfers zijn bovendien allemaal gemiddelden en vaak schattingen. Ze zijn bedoeld om een beeld te schetsen over de mate van CO2-reductie die van een gedragsverandering te verwachten is, maar zijn geenszins exact.
Nisbet en Glick (Carleton University) publiceerden in het vakblad Canadian Psychology onder de titel ‘Can Health Psychology Help the Planet?’ Irene Lorenzoni publiceerde onder meer samen met haar collega’s van de University of East Anglia het artikel ‘Barriers perceived to engaging with climate change change among the IK public and their policy implications’ in het vakblad Global Environmental Change.
Zie ook:
Met de auto naar Al Gore (Kennislinkartikel) Hoe betrekken we mensen bij het klimaat? (Kennislinkartikel) ‘We weten het 90% zeker’ (Kennislinkartikel) Gezonder van park en weiland Gelukkiger in een groene stad