Je leest:

Gammacanon (27): Oligopolies

Gammacanon (27): Oligopolies

Auteur: | 3 juli 2010

Een handje vol grote ondernemingen beheerst de markt. Dat kan nadelig zijn voor de consument.

Wie een nieuwe auto koopt, kan kiezen uit ruim vijftig verschillende merken. De meeste daarvan bieden auto’s in verschillende klassen aan. De zes grootste autofabrikanten nemen gezamenlijk ongeveer de helft van alle autoverkopen voor hun rekening. De markt is een oligopolie. Een handjevol aanbieders bedient het merendeel van de vraag. Om deze kern zit een concurrerende schil van kleine aanbieders. Toetreders tot de markt komen in de concurrerende schil terecht. Soms lukt het vanuit deze schil door te dringen tot de kern. Ondernemingen in de kern gaan zelden failliet; faillissementen voltrekken zich in de concurrerende schil.

Economisch natuurverschijnsel

Oligopolies zijn een economisch natuurverschijnsel. Ze ontstaan door toetredingsbarrières, zoals schaalvoordelen. Daarbij daalt de gemiddelde kostprijs bij een stijgend productievolume. Grotere ondernemingen kunnen zodoende een lagere prijs vragen en anderen uit de markt prijzen. Vaste kosten, zoals de bouw van een fabriekshal, creëren schaalvoordelen. Deze kosten zijn onafhankelijk van het productievolume en worden omgeslagen over de totale productie. Een groter productievolume vermindert de vaste kosten per product.

Beperkte schaalvoordelen en een grote vraag, zoals bij het bakken van brood, biedt ruimte voor vele aanbieders. Aanzienlijke schaalvoordelen en een beperkte vraag, zoals bij het bouwen van een vliegtuig, biedt ruimte voor een klein aantal aanbieders. Schaalvoordelen zijn niet de enige toetredingsbarrières. Patenten, beperkte toegang tot grondstoffen, gelimiteerde beschikbaarheid van financieel kapitaal en andere capaciteitsbeperkingen belemmeren ook de vrije markttoetreding.

Concurrentie

Concurrentie mag, maar het moet wel eerlijk blijven…

Aanbieders in de concurrerende schil hebben nauwelijks invloed op het marktevenwicht; aanbieders in de kern hebben dat wel. Hun marktaandeel geeft hun marktmacht: het vermogen om langdurig een prijs hoger dan de gemiddelde kosten te vragen. Ze oefenen ook invloed uit op elkaar. Concurrentie binnen de kern is een spel van strategische interactie: de optimale strategie van een onderneming hangt af van het gedrag van zijn concurrenten. Daarbij wordt niet alleen geconcurreerd op prijs, maar ook op andere aspecten, zoals kwaliteit, marketing, onderzoek en ontwikkeling (O&O), en productietechnologie.

Rond 1920 bijvoorbeeld groeide General Motors explosief ten koste van aartsrivaal Ford door zijn productieproces aan te passen. De strategie van GM bestond uit de invoering van structurele kwaliteitscontroles, het produceren van auto’s met verschillend motorvermogen, en het jaarlijks op de markt brengen van nieuwe modellen. In acht jaar tijd verviervoudigde GM zijn omzet.

Prijsafspraken zijn niet toegestaan

In 2007 werden bierbrouwens Heineken, Grolsch en Bavaria nog beboet voor het maken van illegale prijsafspraken.
Ronald Veldhuizen

Oligopolies staan onder mededingingstoezicht, dat bestaat uit drie pijlers: verbod op kartelafspraken, misbruik van economische machtsposities, en fusietoezicht. Gezamenlijk kunnen aanbieders de concurrentie beperken door prijsafspraken te maken. Dit is in het nadeel van de consument: voor dezelfde producten moet meer worden betaald. Zo kregen de bierbrouwers Heineken, Grolsch en Bavaria in 2007 een totale boete opgelegd van 274 miljoen euro voor het maken van prijsafspraken.

Grote aanbieders kunnen beschikken over een economische machtspositie, waardoor ze zich in belangrijke mate onafhankelijk van hun concurrenten kunnen gedragen. Machtsposities zijn toegestaan, misbruik ervan niet. Concurrenten de toegang tot een markt onthouden is een voorbeeld van misbruik. In 2008 legde de Europese Commissie Microsoft een boete op van 899 miljoen euro voor het niet vrijgeven van technische informatie waarmee andere bedrijven toepassingen konden ontwikkelen voor Microsoft Windows.

Fusies en overnames veranderen de structuur van een oligopolie. Er ontstaan nieuwe combinaties met grotere marktaandelen en meer marktmacht. Dat kan nadelig zijn voor consumenten.

Jeroen Hinlopen is hoogleraar Industrial Organization aan de Universiteit van Amsterdam.

Dit artikel is een publicatie van Volkskrant.
© Volkskrant, alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 03 juli 2010
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.