Je leest:

Gammacanon (24): Test

Gammacanon (24): Test

Auteur: | 12 juni 2010

Psychologische tests zijn nuttig, maar blijven een hulpmiddel. Uiteindelijk gaat het om de interpretatie.

Peruisay

De meeste Nederlanders worden in hun leven zo tussen de drie en de tien keer getest. Veelal gedwongen, zoals met de Citotoets of bij een sollicitatie. Weiger je dit soort tests, dan sluit je je buiten de ‘normale’ maatschappelijke rituelen. Tests zijn cruciaal bij beslissingen over individuen. Aan de andere kant van het spectrum vinden we inside hunting: test na test invullen om je (gewenste) zelfbeeld te bevestigen. Dat is tegenwoordig niet zo moeilijk; internet barst van de psychologische testjes waarmee je zogenaamd kunt onderzoeken of je hoogbegaafd, spiritueel, hoogsensitief of emotioneel intelligent bent.

De psychologische test stamt uit het begin van de vorige eeuw. De Fransman Binet vertrouwde het oordeel van leerkrachten niet. Hij zocht een objectieve maat voor de ontwikkeling van kinderen en ontwikkelde de eerste intelligentietest. Er kwam al snel een grote vraag naar deze tests. Ze worden gebruikt bij leerproblemen, maar ook bij sollicitaties, tot vele honderdduizenden keren per jaar.

De intelligentietest is het kroonjuweel onder de psychologische tests. Hij is objectief, betrouwbaar, meet een wetenschappelijk onderbouwd concept (intelligentie) en heeft een brede voorspellende waarde: van school- en arbeidsprestaties tot de kwaliteit van sperma. Wel is er discussie of bijvoorbeeld migranten in het nadeel zijn omdat ze gemiddeld lager scoren dan autochtone Nederlanders, maar waarschijnlijk is dit verschil vooral te wijten aan een geringere beheersing van de Nederlandse taal.

Van mindere kwaliteit dan de intelligentietests zijn de persoonlijkheidstests. Deze bevatten uitspraken waarmee je je eigen gedragingen en gevoelens moet inschatten. Dat is geen objectieve kwestie van goed of fout, maar van smaak en zelfkennis. Eigenlijk zijn dit dus geen tests maar vragenlijsten. Bekende persoonlijkheidseigenschappen zijn extraversie, openheid, stabiliteit, vriendelijkheid en zorgvuldigheid. Deze vijf worden ook wel de Big Five genoemd omdat het persoonlijkheidseigenschappen zijn waarop ieder mens ter wereld beoordeeld kan worden.

Ook zijn er vragenlijsten en tests voor ‘moderne’ stoornissen, zoals ADHD en autisme. Daarnaast zijn er de beroepskeuzetests. Deze kunnen je systematisch laten zien voor wat voor soort activiteiten en beroepen je een voorkeur hebt en voor welke helemaal niet. Als je niet weet wat je wilt, kan dat nuttig zijn.

Een laatste categorie betreft de neuropsychologische tests. Hiermee wordt onderzocht hoe onze hardware functioneert: waarneming, motoriek, aandacht, concentratie, informatieverwerking en de verschillende geheugenfuncties. Ze worden gebruikt bij het achterhalen van leer- en functiestoornissen maar ook om te bepalen wat bejaarden nog wel en niet kunnen.

Vanuit psychologisch oogpunt valt een testafname bijna altijd toe te juichen. Een psychologische test is in principe objectief en betrouwbaar en hij geeft informatie waar je zelf misschien niet achter was gekomen.

We hebben het dan uiteraard over tests die wetenschappelijk zijn onderzocht, niet over het allegaartje aan ‘tests’ dat in de populaire media en op het web wordt aangeboden. Deze vormen een waar walhalla voor de inside hunter, maar zijn ook riskant omdat ze je van alles kunnen wijsmaken.

Er zijn niet alleen dubieuze tests, maar ook dubieuze psychologen. De term ‘psycholoog’ is niet langer wettelijk beschermd, en dus kan iedereen zich ‘psycholoog’ noemen. Wie twijfelt kan navraag doen over een test of psycholoog bij het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP).

Een goede test kan veel bijdragen aan het nemen van juiste beslissingen, maar is in de eerste plaats een hulpmiddel. Bovendien vraagt een testuitkomst altijd om interpretatie en uitleg: wat kun je ermee en wat niet? Die uitleg is zo mogelijk nog belangrijker dan de test zelf. Zelfs een goede test is waardeloos zonder een goede psycholoog: iemand die zich laat leiden door de wetenschap maar ook oog heeft voor de cliënt en diens situatie.

Wim Bloemers is psycholoog.

Om slim te zijn is meer nodig dan een hoog IQ

Asha ten Broeke

Onfatsoenlijke wetenschap is ook wetenschap

Asha ten Broeke

De moeizame verhouding tussen recht en wetenschap

Asha ten Broeke

De laatste artikelen over (psychologische) tests

Oeps: Onbekende tag `feed’ met attributen {"url"=>"https://www.nemokennislink.nl/kernwoorden/iq-test/onderzoek/index.atom?m=of", “max”=>"5", “detail”=>"normaal"}

Dit artikel is een publicatie van Volkskrant.
© Volkskrant, alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 12 juni 2010
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.