Omdat het licht zo lang onderweg is geweest in het uitdijende heelal, zijn de lichtgolven uitgerekt tot infrarode golflengten. Met de gewone camera van de Hubble is het stelsel dan ook niet te zien; het werd gedetecteerd door de infrarode NICMOS-camera van de ruimtetelescoop en door de infraroodcamera van de Spitzer Space Telescope.
Hubble-opname van de cluster Abell 1689, met rechts een infraroodopname van het verre sterrenstelsel.
Zwaartekrachtlens
Het verre stelsel (A1689-zD1 geheten) meet slechts een paar duizend lichtjaar en bevat enkele miljarden sterren. Het kon waargenomen worden dankzij de zwaartekrachtlenswerking van een zware cluster van sterrenstelsels op de voorgrond (Abell 1689): het licht van het verre achtergrondstelsel wordt door de zwaartekracht van de cluster enigszins vervormd en ongeveer met een factor tien versterkt.
Vermoedelijk gaat het hier om een sterrenstelsel waarin een eerste generatie van hete, heldere sterren is ontstaan. De straling van dit soort stelsels draagt er uiteindelijk toe bij dat het intergalactische waterstofgas in het prille heelal wordt geïoniseerd. Volgens de onderzoekers is het record-stelsel een buitengewoon interessant onderzoeksobject voor toekomstige grote observatoria, zoals de James Webb Space Telescope en de Atacama Large Millimeter Array.
Zie verder
- Astronomers find one of youngest and brightest galaxies in early universe (Engels)
- Youngest and brightest galaxies ever seen (Engels)
- Einstein-ringen ontdekt (Kennislinkartikel)