Tot nog toe volgde de ruimtesonde een langgerekte polaire baan, waarvan het laagste punt op 250 tot 400 kilometer boven het planeetoppervlak lag – ruwweg boven de noordpool – en het verste punt op 66.000 kilometer. Deze baan is zo gekozen omdat het dan mogelijk is het noordelijk halfrond van heel dichtbij te bestuderen, terwijl het zuidelijk halfrond veel langduriger, maar van grotere afstand, in beeld blijft.
ESA’s ruimtesonde Venus Express onderzoekt onze buurplaneet Venus. Veel van de gebruikte apparatuur is gebaseerd op zustersonde Mars Express. bron: ESA.
Het laagste punt van de nieuwe baan komt op 185 tot 300 kilometer te liggen, terwijl het verste punt naar een nog grotere afstand van Venus verhuist. Het resultaat zal zijn dat dan het magnetische veld rond de noordpool kan worden onderzocht en ook metingen aan de buitenste lagen van de Venusatmosfeer kunnen worden verricht. Uiteindelijk is het de bedoeling om Venus Express nóg dichter bij de planeet te brengen.
Zie verder
- Closing in on Venus (Engels)
- Venus Express aangekomen (Kennislinkartikel van ESA)
- We gaan weer eens naar de hel (Kennislinkartikel van Govert Schilling)
- ESAs Venus Express aangekomen (Kennislinkartikel van ESA)