Ernst Burke boft toch maar. Waar Geert Wilders en koningin Beatrix zich moeten behelpen met iets vergankelijks als een tulp, is hij de naamgever geworden van een onlangs ontdekt mineraal. Sinds februari 2011 is ernstburkeiet de officieel geregistreerde naam voor magnesium-methaansulfonaat-hydraat (Mg(CH3SO3)2·12H2O). Het mineraal werd ontdekt op Antarctica, door Fatma Elif Genceli Güner van de TU Delft, en Toshimitsu Sakurai en Takeo Hondoh van de Hokkaido-universiteit in Japan.

Vindplaats
Het ernstburkeiet werd gevonden in het oostelijke deel van Koningin Maudland, in het oosten van Antarctica. Vlak bij de top van de Fuji Dome, op een hoogte van ruim 3000 meter, werd hier in augustus 1995 voor wetenschappelijk onderzoek een boring gezet in het ijs. Het ernstburkeiet werd aangetroffen op een diepte van 576.5 meter, waar het ijs ruim 25.000 jaar oud is. Het komt voor in korreltjes van hooguit 0.005 mm, die ingesloten zitten in het ijs – waarschijnlijk stofdeeltjes die destijds door de lucht aan zijn komen waaien.

Voor zover bekend is de Fuji Dome de enige plek op aarde waar ernstburkeiet aanwezig is. Door de extreme omstandigheden op deze locatie is het waarschijnlijk het duurste mineraal ooit op aarde gewonnen, vermoedt Ernst Burke zelf. “Alleen de nieuwe mineralen die van de maan komen hebben nog een paar centen meer gekost,” zegt hij. Aan transportkosten.
Ernst A.J. Burke werd in 1943 in België geboren, en werkte van 1966 tot 2005 aan de Vrije Universiteit in Amsterdam aan opake mineralen en Ramanspectroscopie van vloeibare insluitsels in gesteenten. Hij was actief bij de International Mineralogical Association (IMA), van 1994 tot 1998 als voorzitter van de Werkgroep voor Insluitsels in Mineralen, en van 2003 tot 2008 als voorzitter van de commissie voor Nieuwe Mineralen, Naamgeving en Klassificatie.

provided by Ernst Burke
Bijzonder?
Een nieuw ontdekt mineraal – dat mag op zich al bijzonder genoemd worden, zou je denken. Maar dat blijkt niet waar te zijn. “Er komen jaarlijks 60 tot 80 nieuwe mineralen bij”, vertelt Burke.
Op de eer die hem is toegekomen reageert hij bescheiden: “Veel mineralogen van enige internationale betekenis hebben een mineraal naar zich vernoemd gekregen.” In Nederland zijn dat er echter niet veel. We hebben westerveldiet, uytenbogaardtiet, oeniet, dozyiet en veeniet. En nu dus tevens ernstburkeiet. Burkeiet lag wellicht iets mee voor de hand, maar dat bestond al. Het is een natriumcarbonaatsulfaat, en vernoemd naar een andere Burke.
Schoorsteenmantel
En nu? Heeft Burke al een brokje ernstburkeiet op de schoorsteenmantel liggen, om mee te pronken? “Nee”, lacht hij, “dat zal helaas niet gaan.” Zodra het mineraal warmer wordt dan -5°C valt het uiteen. De enige plek waar een monster is opgeslagen, is in een vrieskist in de Hokkaido universiteit, die permanent op -60°C wordt gehouden.
Tsja. Dát heb je met tulpen dan weer niet.
Bron:
Sakurai, Genceli Güner en Hondoh Ernstburkeite, Mineral and Name approved on 21 February 2011 by the Commission on New Minerals, Nomenclature and Classification of the International Mineralogical Association (2011)
Zie ook:
- Evolutie van mineralen (Kennislinkartikel)
- Mineralen in Nederland – een overzicht.(Geologie van Nederland)
- Mineralen (artikel van de Stichting Geologische Activiteiten)
- Iridium en platina uit de ruimte (NGV/Kennislink)
- Stoffige ijstijden (Kennislink)