
Wetenschappelijke taal – vol wiskundige formules en jargon – is voor veel leken onbegrijpelijk. Maar dankzij wetenschapspopularisering en -journalistiek kan het publiek toch kennisnemen van de nieuwste ontwikkelingen in de wetenschap. Dit populariseren heeft een lange geschiedenis. Zo verscheen in de achttiende eeuw een boekje met de titel ‘Newtonianisme voor dames’.
Hoe wordt wetenschappelijke kennis succesvol op een lekenpubliek overgedragen? In populairwetenschappelijke werken wordt geen systematische vertaalslag gemaakt van wetenschappelijke termen naar alledaagse termen, maar ontstaat eerder een soort mengsel van beide. Op deze manier verrijkt wetenschapspopularisering onze taal. De wijze waarop Duitse fysioloog en natuurkundige Hermann von Helmholtz (1821-1894) het energiebegrip populariseerde is hier een mooi voorbeeld van.

Verlichting en vooruitgang
Helmholtz was een van de meest veelzijdige wetenschappers van de negentiende eeuw. Hij heeft belangrijke bijdragen geleverd aan onder meer de levenswetenschappen, de natuurkunde en de wijsbegeerte. Een daarvan was de ontdekking van de wet van behoud van energie. Kort nadat hij in 1847 hierover een artikel had gepubliceerd, begon hij publieke lezingen over het onderwerp te geven. Nu is popularisering nooit een doel op zich. Helmholtz wilde de Duitse middenklasse ‘verlichten’ en deze enthousiasmeren voor wetenschappelijke en industriële vooruitgang. Bovendien verdiende hij een aardig centje bij met zijn lezingen.
In zijn lezingen legde Helmholtz de wet van behoud van energie als volgt uit. De essentie is dat het onmogelijk is om een kringsproces te creëren dat netto arbeid oplevert, oftewel om een perpetuum mobile te bouwen. Bij alle processen in de natuur vindt energie-uitwisseling plaats, maar de totale hoeveelheid energie blijft behouden.
De wet van behoud van energie was volgens Helmholtz van het grootste belang om de veranderingen in de samenleving te kunnen begrijpen. De Duitse industrie, die rond het midden van de negentiende eeuw een enorme opmars maakte, was gebaat bij kennis van de wet. Immers, zo herhaalde hij: energie is arbeid is geld. Materiële vooruitgang is mogelijk door fossiele brandstoffen efficiënt en op industriële schaal te gebruiken. De schaduwzijde hiervan was (en is) dat deze voorraden op termijn zullen opraken.

Brandstof voor je lichaam
Niet alleen de samenleving, maar ook het menselijke lichaam kan in termen van energie worden begrepen. Helmholtz had als fysioloog onderzoek gedaan naar warmteontwikkeling bij spieren. Zijn conclusie was dat de hoeveelheid warmte en arbeid die wij produceren, volledig voortkomt uit de chemische energie van het voedsel dat wij eten. Dit is in overeenstemming met de ervaring dat wie niet voldoende eet en rust neemt vanzelf vermoeid wordt.
Mede dankzij de populairwetenschappelijke lezingen van Helmholtz raakte het energiebegrip steeds meer ‘in omloop’ en ‘ingeburgerd’ zoals diverse tijdgenoten opmerkten. In een novelle van rond 1900 heeft alleen de dorpsgek nog nooit van energiebehoud gehoord.
De popularisering van het energiebegrip ging verder dan alleen verspreiding van wetenschappelijk kennis. Het heeft onze taal ook blijvend verrijkt. Daarbij is het aantal betekenissen van het begrip alleen maar toegenomen. Enkele voorbeelden uit het hedendaagse taalgebruik: kern- en kolencentrales wekken energie op; maandelijks moet de energierekening betaald worden; wie milieubewust is, gebruikt groene energie; voor de globale energiecrisis is nog geen oplossing; de zonnebank, huidcrèmes en spiritualiteit kunnen je persoonlijke energie activeren; en van Red Bull energy drink krijg je vleugels. Zo heeft Helmholtz dus niet alleen aan de wetenschap maar indirect ook aan de taal een bijdrage geleverd.
Lees meer over energie op Kennislink:
Oeps: Onbekende tag `feed’ met attributen {"url"=>"https://www.nemokennislink.nl/kernwoorden/energie/thermodynamica/index.atom?m=of", “max”=>"7", “detail”=>"minder"}