Je leest:

Eiwit voorspelt Alzheimer

Eiwit voorspelt Alzheimer

Neuroloog in opleiding Niki Schoonenboom heeft een methode ontwikkeld waarmee de ziekte van Alzheimer in een vroeg stadium – voor het 65ste levensjaar – kan worden vastgesteld. Door de concentraties van drie eiwitten in het hersenvocht vast te stellen, kan worden geconcludeerd of een patiënt al dan niet aan de meest voorkomende vorm van dementie lijdt.

De meest voorkomende vorm van dementie is de ziekte van Alzheimer. Uit onderzoek van neuroloog in opleiding Niki Schoonenboom is gebleken dat er drie eiwitten zijn die vooral in een vroeg stadium van de ziekte van Alzheimer bruikbaar zijn voor de diagnose. In dit vroege stadium zijn de symptomen van de ziekte nog niet duidelijk te herkennen via andere diagnostische methoden, zoals hersenscans en neuropsychologisch onderzoek.

Van patiënten met geheugenklachten en verschillende vormen van dementie, heeft Schoonenboom hersenvocht verzameld en onderzocht. De concentraties van drie eiwitten met schilderachtige namen als amyloid β 42 (Aβ42), tau en gefosforyleerd tau (Ptau) blijken anders te zijn in het hersenvocht van Alzheimerpatiënten, ten opzichte van mensen die de ziekte niet hebben.

Alzheimer is de meest voorkomende vorm van dementie. In Nederland lijden vermoedelijk zo’n kwart miljoen mensen aan deze ziekte, die gepaard gaat met geheugenproblemen (vooral voor wat kort geleden is gebeurt), desoriëntatie, het verzinnen van dingen om gaten in het geheugen op te vullen, onrust en decorumverlies. De afbeelding laat het brein van een Alzheimerpatiënt zien.

Bij de helft van de patiënten met een voorstadium van de ziekte van Alzheimer waren Aβ42, tau en Ptau al afwijkend in het hersenvocht. De eiwitten kunnen de ziekte van Alzheimer niet alleen voorspellen, maar ook uitsluiten. Als tenminste twee van de drie eiwitten afwijkend zijn, is er hoogstwaarschijnlijk sprake van de ziekte van Alzheimer. Zijn de drie eiwitten in normale hoeveelheden aanwezig, dan is de ziekte vrijwel uitgesloten.

Vroege diagnose

De eiwitten zijn met name van belang om onderscheid te maken tussen verschillende vormen van preseniele dementie. De symptomen van dementie voor het 65e levensjaar zijn namelijk minder duidelijk. Bovendien wordt er bij jonge mensen met geheugenklachten niet altijd gedacht aan dementie.

Met de toenemende vergrijzing zal het aantal mensen met dementie de komende jaren stijgen. Het wordt steeds belangrijker om de diagnose Alzheimer in een vroeg stadium te stellen, zodat tijdig kan worden gestart met begeleiding en therapie. Vroege diagnose door de eiwitconcentratie vast te stellen is nu dus mogelijk, al zal zij wel aangevuld moeten blijven met andere diagnostische methoden.

Dit artikel is een publicatie van Vrije Universiteit Amsterdam (VU).
© Vrije Universiteit Amsterdam (VU), alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 10 november 2006
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.