Pas als je met je hand over de zitting gaat merk je dat de strak gevormde stoel die de afdeling Urologie dit voorjaar heeft aangeschaft minder gewoon is dan hij eruit ziet. In het midden zit een ovaalvormig gat onder de donkerblauwe bekleding. En er staat een kastje met knoppen bij, waardoor de stoel in de huiskamer toch zou opvallen.
Uroloog prof. dr. Guus Lycklama à Nijeholt is blij met de aanwinst. Hij kan er vrouwen mee helpen die onbedoeld urine verliezen, en vrouwen die vaak aandrang hebben om te plassen terwijl de blaas nog lang niet vol is. Of beter gezegd: bekkenbodemfysiotherapeute Petra Voorham zal de stoel daarvoor gebruiken. “De betrokkenheid van de behandelaar is belangrijk, en wat dat betreft zijn vrouwen bij haar in goede handen,” zegt Lycklama à Nijeholt. Bovendien kan zij hen goed informeren over de bekkenbodemspieren. Want de behandeling vraagt een actieve rol van de patiënten; zij moeten leren hun spieren onder controle te krijgen."
Urine-incontinentie en voortijdige plasaandrang berusten namelijk op een verstoorde wisselwerking tussen de onwillekeurige blaasspier enerzijds en de willekeurige, of bewust aan te spannen, sluitspier en bekkenbodemspieren anderzijds.
Als het goed is, rekt de blaaswand mee als de blaas vol loopt zonder zich samen te trekken en blijft de sluitspier dicht. De blaasspier houdt zich mede ontspannen door een sein van de gesloten sluitspier, die dus een bewakende functie heeft. Bij het plassen ontspant de sluitspier zich en trekt de blaasspier zich samen.
Dit samenspel kan haperen. Urologen onderscheiden twee typen problemen. De oorzaak van het eerste type ligt vooral bij de blaasspier, die zich samentrekt als hij dat niet moet doen. Dat voelt als een volle blaas, er is voortijdig aandrang. “We noemen dat een overactieve blaas,” zegt Lycklama à Nijeholt . “Dat is op zichzelf al hinderlijk, maar het kan bovendien overgaan in incontinentie als de sluitspier onvoldoende tegenspel biedt tegen de plotseling hoge druk in de blaas: urge-incontinentie of drang-incontinentie.”
De oorzaak van het tweede type ligt direct bij de sluitspier. Als de druk op de blaas plotseling stijgt, bijvoorbeeld als iemand hoest of in de lach schiet, kan de sluitspier onvoldoende tegendruk geven omdat hij niet sterk genoeg is of in slappe bekkenbodemspieren ligt. Er ontsnapt urine: stress-incontinentie.
“Het zijn verborgen problemen waar niemand makkelijk over praat, maar die veel voorkomen. Ruim de helft van de vrouwen verliest wel eens ongewenst urine en voor een deel van hen is dat zeer hinderlijk of zelfs invaliderend. Ook een voortdurende aandrang kan het leven gaan beheersen,” vertelt Lycklama à Nijeholt. “Stress-incontinentie komt het meest voor, urge-incontinentie wordt het vervelendst gevonden.”
Tegen aandrang en urge-incontinentie kunnen medicijnen helpen die de blaasspier rustig houden. Stress-incontinentie is te behandelen met een operatie. Maar voor beide typen aandoeningen is fysiotherapie een alternatief dat steeds meer terrein wint en tegenwoordig, zeker als alternatief voor een operatie, als eerste behandeling wordt aangeboden. “We zijn ons ervan bewust geworden dat het prettiger is voor de patiënten. Bovendien zijn de mogelijkheden van de bekkenbodemfysiotherapie verbeterd. Het is een apart specialisme binnen de fysiotherapie aan het worden.”
Fysiotherapeuten geven oefeningen om de bekkenbodemspieren en sluitspier te versterken. Ze kunnen apparatuur aansluiten waarop een vrouw kan zien of ze de oefeningen goed doet. Daarbij geven fysiotherapeuten elektrostimulatie: ze prikkelen de zenuwen die naar de spieren lopen met een elektrische stroom, waarop die spieren aanspannen.
Voor dat laatste dient de nieuwe stoel. Tot nu toe ging elektrostimulatie inwendig, via vagina of anus. Voortaan kunnen vrouwen simpelweg op de stoel gaan zitten, gekleed en wel. Er zit een magneet onder die een elektrische stroom opwekt. Lycklama à Nijeholt: “Dat is natuurlijker minder belastend. Zeker voor vrouwen bij wie de problemen met bekkenbodemspieren mede gevolg zijn van een verkeerde seksuele ervaring, zoals incest. Het doet geen pijn. Het geeft een gevoel dat veel mensen zelfs niet vervelend, maar stimulerend vinden.”
Is er sprake van stress-incontinentie, dan stelt de behandelaar de stroom zo in dat de sluitspier gestimuleerd wordt en zich aantrekt. “Die gaat dan beter functioneren en als je het vaak genoeg doet, wordt hij sterker.” Bij urge-incontinentie wordt de stroom afgestemd op het beïnvloeden van de blaasspier. Tegelijk wordt dan de spierspanning van de sluitspier hoger, zodat die zijn bewakende functie beter uitoefent.
“Neveneffect is, dat je op de stoel ondervindt hoe het aanvoelt als de bekkenbodemspieren worden aangespannen. Dat helpt patiënten bij de oefeningen die ze moeten doen. Veel mensen ‘knijpen alleen maar af’, terwijl ze de spieren moeten optrekken. Eén keer voelen doet meer dan tien keer uitleggen.”
De bekkenbodemstoel voldoet, is gebleken in Amerika, waar hij vandaan komt, en in het Haagse Leyenburg Ziekenhuis, het enige andere ziekenhuis in Nederland dat hem bezit. In Leiden is tot nu toe alleen nog proefgedraaid. “We zijn bezig behandelingsprotocollen op te stellen. We denken aan tweewekelijkse sessies van twintig minuten en dat gedurende acht weken. En we zetten een onderzoek op waarbij we het effect van de stoel gaan vergelijken met dat van de klassieke elektrostimulatie. Volgende maand gaan we met behandelingen beginnen.”