Je kunt leerlingen met dyslexie grofweg indelen in twee groepen: we noemen ze voor het gemak de spellers en de raders. De eerste groep blijft spellend lezen en slaagt er niet in om hele woorden te overzien. Deze leerlingen lezen daardoor ook langzaam, maar maken niet extreem veel fouten. De andere groep slaagt er juist niet in om letters te verklanken en aan elkaar te plakken. Deze kinderen vallen direct uit bij het leren lezen op de basisschool. Ze gebruiken een andere strategie om toch het lezen onder de knie te krijgen: ze benutten de context en de beginletters en ze raden het hele woord. Deze leerlingen lezen sneller, maar maken wel veel fouten. Uit onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen blijkt dat de raders beter Engelse woorden kunnen lezen dan de spellers.
In het Engels kun je dezelfde lettercombinaties heel anders uitspreken ( have – slave), en dezelfde klanken kun je heel anders schrijven ( meet – meat).
Engels versus Nederlands
Alle leerlingen met dyslexie hebben moeite met leren lezen. Maar we leren lezen in het Nederlands volgens de methode van hakken en plakken. Je spreekt elke letter los uit en plakt de klanken aan elkaar om het woord te lezen. Dat werkt prima voor een regelmatig gespelde taal als het Nederlands, maar voor het Engels gaat het niet. Dezelfde combinaties van letters kun je heel anders uitspreken, en dezelfde klanken kun je heel anders schrijven. Spellend lezen is niet effectief, maar radend lezen wel! Soms gaat het lezen in het Engels voor raders zelfs beter dan in het Nederlands, omdat de nadruk op het spellen wegvalt.
Uit het onderzoek bleek ook dat hoewel de raders het beter doen met lezen van het Engels, je geen positieve effecten ziet bij het schrijven. Engels schrijven is voor alle leerlingen met dyslexie een enorm probleem. Dat is ook wel te begrijpen, want je schrijft natuurlijk ook letter voor letter.
Wetenschapswinkel Taal, Cultuur en Communicatie