Deze week vindt voor het eerst in Nederland de Vrouwenweek plaats. Vooral allochtone vrouwen staan deze week in het middelpunt van de belangstelling. Allochtone vrouwen, zo blijkt uit onderzoek, kunnen nog wel een schepje emancipatie gebruiken.
Het rapport De sociale atlas van vrouwen uit etnische minderheden werd maandag gepresenteerd ter gelegenheid van de eerste landelijke vrouwenweek. Het Sociaal Cultureel Planbureau concludeert dat allochtone vrouwen niet alleen een achterstand hebben ten opzichte van autochtone vrouwen, maar ook ten opzichte van allochtone mannen. Onderzocht werden Marokkanen, Surinamers, Turken en Antillianen, maar ook vijf nieuwere minderheidsgroepen: Afghanen, Irakezen, Iraniërs, Joegoslaven en Somaliërs.
Bron: demos nr. 5 2004
Surinaamse vrouwen komen het beste uit de bus. Zij zijn op sommige vlakken zelfs beter geëmancipeerd dan autochtone vrouwen. Van de Surinaamse vrouwen heeft bijvoorbeeld 58 procent een baan, twee procent meer dan bij autochtone vrouwen. Surinaamse vrouwen zijn dan ook het vaakst economisch onafhankelijk.
Naar school
Het opleidingsniveau blijkt het grootste probleem voor de emancipatie van allochtone vrouwen. Tweederde van alle Turkse en Marokkaanse vrouwen heeft hooguit op de basisschool gezeten. Een groot deel hiervan heeft zelfs nooit op school gezeten. Dit geldt vooral voor huwelijksmigranten en vrouwen uit de eerste generatie. Ook in het huidige basisonderwijs hebben allochtone meisjes een achterstand. Slechts vijftien procent van de Turkse meisjes en dertien procent van de Marokkaanse meisjes krijgt een havo-advies of hoger. Bij autochtone meisjes is dat ongeveer 50 procent. Onder de allochtone meisjes moet een uitzondering gemaakt worden voor de Iraanse meisjes: bijna de helft van hen volgt havo of vwo.
Niet zo lekker
Allochtone vrouwen voelen zich minder gezond dan autochtone vrouwen. Maar ongeveer de helft van de Turkse en Marokkaanse vrouwen noemt zichzelf gezond terwijl bijna 80 procent van de autochtone vrouwen zich kerngezond verklaard. Dit verschil kan gedeeltelijk verklaard worden door de sociaal-economische positie van allochtone vrouwen. Maar, er spelen ook andere dingen een rol. Turkse vrouwen bijvoorbeeld roken het meest, bewegen het minst en hebben het vaakst een overgewicht.
Allochtone vrouwen uit de tweede generatie zijn vaak een stuk beter geëmancipeerd dan de eerste generatie allochtonen. De meest briljante emancipatie zien we in de Tweede Kamer: Tien van de vijftien allochtone Kamerleden is vrouw en de etnische minderheden zijn er ook nog evenredig vertegenwoordigd. De Tweede Kamer vormt met dit succes wel een uitzondering want ook binnen andere politieke organen zijn allochtone vrouwen ondervertegenwoordigd.
Zie ook:
- Het rapport van het SCP
- Dossier Integratie (Kennislinkdossier)