Je leest:

Dodelijke verbeeldingskracht

Dodelijke verbeeldingskracht

Auteur: | 25 februari 2005

Het placebo-effect is een algemeen bekend verschijnsel. De tegenhanger, het nocebo-effect, is echter nauwelijks onderzocht.

Een gevangenis in India, 1930. Een ter dood veroordeelde man krijgt van een vooraanstaand arts de vraag voorgelegd of hij wil meewerken aan een experiment. Normalerwijs zou de executie geschieden door openbare ophanging, wat voor zijn familie een grote schande zou betekenen. De dokter legde uit dat hij een andere executiemethode wilde proberen, en vertelde dat hij de gevangene binnenskamers wilde laten doodbloeden – dus geen openbare terechtstelling – en beloofde dat het geen pijn zou doen. De gevangene stemde toe. Doodgaan zou hij toch.

De man werd geblinddoekt meegenomen naar een speciale kamer en daar vastgebonden op een operatietafel. Aan elke hoek van de tafel was een een zakje water bevestigd. De arts maakte enkele oppervlakkige sneetjes in voeten en polsen van de gevangene. Kort daarna liet hij water uit de zakjes druppelen.

De geblinddoekte man dacht dat het zijn eigen bloed was dat langzaam uit hem wegvloeide. Het effect werd versterkt doordat de in de kamer aanwezige artsen hadden afgesproken om steeds zachter te praten. Uiteindelijk was er alleen nog het geluid van langzaam druppelend water, tot ook dat stopte en er slechts stilte restte. Kort daarna verloor de gevangene het bewustzijn en stierf. Hoewel er in werkelijkheid geen druppel bloed was gevloeid.

Dit is een van meest fascinerende case studies uit het review artikel ‘Emotions as the cause of rapid and sudden death’, geschreven in 1936 door de Amerikaanse onderzoeker N.S. Yawger in Archives of Neurology and Psychiatry. De meeste gevallen die Yawger vermeldt zijn waarnemingen van antropologen en psychologen die ‘primitieve’ stammen bestudeerden. Zoals Walter Cannon van Harvard Medical School, die onderzoek deed naar Maori’s in Nieuw-Zeeland. Cannon beschrijft hoe een Maori door de plaatselijke witch doctor werd vervloekt en enkele dagen later overleed. Volgens Cannon een kwestie van death by imaginaton. Hij noteerde: ‘Het werkt het beste als slachtoffer, familie en vrienden geloven dat de witch doctor daadwerkelijk magische krachten bezit die kunnen doden. Ook moet de dokter al eerder dodelijke slachtoffers hebben gemaakt. Verder moet iedereen in het dorp zich gedragen alsof de vervloekte persoon daadwerkelijk zal sterven, en hem links laten liggen. Dan zal hij spoedig sterven’.

Braakmiddel

Dit soort verschijnselen komt niet alleen voor bij primitieve culturen. Ook bij hoogopgeleide, atheïstische, rationele, westerse mensen kunnen negatieve verwachtingen lichamelijke klachten veroorzaken, en mogelijk zelfs tot de dood leiden. Dit wordt het nocebo-effect genoemd – afgeleid van het Latijnse nocere dat ‘kwetsen’ betekent. Het nocebo-effect is de evil twin van het placebo-effect.

Er is weinig onderzoek gedaan naar het nocebo-effect. Op Pubmed zijn er maar 52 publicaties met ‘nocebo’ in de titel, tegenover 100.571 met ‘placebo’. Logisch, je kunt moeilijk experimenteel mensen zich laten doodschrikken. Toch zijn er een paar gecontroleerde studies met vrijwilligers gedaan. Bij een experiment met astmapatiënten kregen twee groepen een spray met fysiologisch zout toegediend. Bij de ene groep werd gezegd dat de spray de klachten zou verlichten, bij de andere dat er een irriterende stof in zat. Vijf minuten later kregen de mensen uit de nocebo-groep een hevige astma-aanval, metingen lieten zien dat hun bloedvaten ernstig waren vernauwd. De mensen uit de placebo groep konden juist opgeluchter ademhalen.In een ander experiment kregen proefpersonen suikerwater en werd er verteld dat het een braakmiddel was. Tachtig procent moest vervolgens inderdaad overgeven.

Behalve dit soort gecontroleerde experimenten zijn er ook enkele interessante case studies gepubliceerd. Neuroloog Martin Samuels van Harvard Medical School vond tijdens de autopsie van een man die na uren twijfelen uiteindelijk zelfmoord pleegde door van een gebouw af te springen, iets dat hij nooit eerder had gezien: honderden kleine bloedingen in het hart. De doodsoorzaak waren uiteraard de verwondingen opgelopen door de val. Maar de schade aan het hart was opzienbarend. Toen Samuels op een congres dit geval besprak, bleek dat een patholoog uit Parijs soortgelijke schade had aangetroffen in het hart van een man die van de Eiffeltoren was gesprongen. Het is de angst om wel of niet te springen die volgens Samuels de schade veroorzaakt.

Charles Hirsch, patholoog anatoom in Cleveland kreeg vaak slachtoffers van een roofoverval in zijn mortuarium. Hij constateerde in sommige gevallen slechts lichte verwondingen die niet de doodsoorzaak konden zijn. Nadere studie toonde aan dat het hartspierweefsel was gescheurd, iets dat bij een klassieke hartaanval door vet eten of embolie niet het geval is.

Hirsch herkende het gescheurde weefsel als zogeheten fear lesions, bekend van tamelijk sadistische dierexperimenten uitgevoerd tussen jaren vijftig en zestig. Een rat werd bijvoorbeeld gedwongen te luisteren naar het geluid van een gevecht tussen ratten en katten. De rat schrok zich dood van dit geluid. In het hart werden daarna deze fear lesions aangetroffen.

De standaard verklaring voor het effect van angstige gedachten of gevoelens op het lichaam is de fight or flight respons. De hersenen sturen een noodsignaal naar de bijnieren, die vervolgens stress-hormonen produceren en afgeven aan het bloed. De spieren trekken samen, het hart gaat sneller kloppen, het lichaam is klaar voor actie.

Verklaart dit echter ook de zeldzame fear lesions in het hart?

Samuels denkt dat er in zulke gevallen iets anders gebeurt. Behalve deze getrapte klassieke stressreactie kunnen de hersenen ook direct organen beïnvloeden door de zenuwenuiteinden ter plaatse stresshormonen te laten uitscheiden. Samuels theorie is dat extreme angst via dit directe mechanisme tot een hartstilstand kan leiden. Hartcellen hebben calciumkanalen die worden gereguleerd door stresshormonen. Bij een plotselinge dosis stresshormoon openen de calciumkanalen en stromen de hartcellen vol met calcium, vervolgens trekken de hartspiercellen zich samen en ontstaat snel daarna aritmie, het hart versteent letterlijk door het calcium. Zo’n ‘versteend hart’ wordt overigens ook soms aangetroffen bij mensen die zijn overleden na een hersenbloeding.

Dr Robert Hahn van de Centers for Disease Control in Atlanta noemt het nocebo-effect een ondergewaardeerd cultureel verschijnsel dat een hele reeks aan onduidelijke ziekten zoals het vermoeidheidssyndroom, allergieën, het golfoorlogsyndroom en mensen die ziek worden door electrische straling van zendmasten wereldwijd zou kunnen verklaren. Je kunt jezelf dus echt ziek denken en de put in praten, en andere mensen ook.

Hahn pleit voor meer onderzoek. Want is het bijvoorbeeld wel zo verstandig om vage, onschuldige bijwerkingen als – mogelijke – hoofdpijn, uitslag, vermoeidheid of misselijkheid te vermelden in bijsluiters van allerlei medicijnen? Dan gaan patiënten er op zitten wachten. De conlusie lijkt duidelijk. Negatieve gevoelens zijn uiterst schadelijk. I’m worried sick, zeggen ze in Amerika. Het beste antwoord dat een dokter kan geven is ‘Cheer up or die!’

Dit artikel is een publicatie van Bionieuws.
© Bionieuws, alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 25 februari 2005

Thema: Dood

iStock Photo
Dood
Er is maar één zekerheid in het leven: aan het eind gaan we dood. Maar waarom eigenlijk? En hoe? En als we eenmaal dood zijn, is het verhaal nog lang niet afgelopen. Nabestaanden vinden manieren om met hun verdriet om te gaan, en met de angst voor hun eigen dood. En als dat niet werkt, kunnen we altijd nog op zoek naar onsterfelijkheid en eeuwig leven.
Bekijk het thema
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.