Je leest:

De Waddendialecten in vogelvlucht

De Waddendialecten in vogelvlucht

Auteur: | 1 maart 2007

Op de meeste Waddeneilanden wordt alleen door de ouderen dialect gesproken. Op Ameland is dat anders. Daar spreekt ook de jeugd nog volop dialect. Voor Mathilde Jansen van het Meertens Instituut was dat één van de redenen haar promotieonderzoek op Ameland te doen.

De dialecten van de Waddeneilanden worden traditioneel ingedeeld bij het Westfries (Texels en Vlielands), het Fries (Aasters en Westers op Terschelling, Schiermonnikoogs) en het Stadsfries (Amelands en Midslands op Terschelling). Wat ze gemeenschappelijk hebben, is dat in al deze dialecten nog Friese kenmerken zijn terug te vinden. Dit is niet zo gek als je bedenkt dat de oorspronkelijke bewoners van de eilanden Friezen waren. Toch hebben de eilanddialecten in de loop der tijd ontwikkelingen ondergaan waardoor ze nu nogal afwijkend zijn van de Friese vastelanddialecten. Dit heeft alles te maken met het feit dat de eilanden altijd min of meer geïsoleerd zijn geweest, maar anderszijds juist in contact zijn gekomen met heel verschillende bevolkingsgroepen.

Het ezelsbruggetje TVTAS wordt vaak gebruikt om de volgorde te onthouden van de eilanden Texel, Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog. Rottum, dat bestaat uit drie kleine eilandjes, is onbewoond.

In dit geval kunnen de twee kleinste eilanden Vlieland en Schiermonnikoog, als voorbeeld dienen. Vlieland was in het verleden volledig afhankelijk van de zeevaart, omdat er op het eiland weinig mogelijkheid was om landbouw te bedrijven. In de Franse tijd kwam de handel over zee echter stil te liggen en konden de Vlielanders nog maar amper het hoofd boven water houden. De meeste eilanders zochten hun heil elders en begin twintigste eeuw werd Vlieland volledig herbevolkt door mensen uit alle windstreken. Een Westfries accent was het enige dat overbleef van het Vlielander dialect. Het Schiermonnikoogs daarentegen, heeft door haar relatieve isolement veel Oudfriese relicten bewaard, die in het Vastelandsfries nagenoeg verdwenen zijn.

Mengdialecten

Ook in de dialecten van Terschelling en Ameland is de geschiedenis nog goed zichtbaar. Zo zijn er op Terschelling drie dialectvariëteiten aan te wijzen: het Westers, het Midslands en het Aasters. Het dialect van Midsland (Midden-Terschelling) is, evenals het Amelands, een Hollands-Fries mengdialect: het bestaat uit zowel Hollandse als Friese elementen. Dit komt onder andere doordat deze eilanden van de zestiende tot de achttiende eeuw onder Hollands bestuur hebben gestaan. Op Terschelling was dit bestuur gezeteld in Midsland. De eilander bevolking nam langzamerhand de taal van deze hoge heren over, omdat dit meer prestige bezat dan het lokale dialect. Ook de vele handelscontacten met Holland hebben bijgedragen aan de verhollandsing van deze van oorsprong Friese dialecten.

Zowel de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC) als de Noorse Compagnie waren belangrijke werkgevers voor veel eilanders. De walvisvangst was vooral gericht op Groenland. De walviskaken die op Ameland menig tuintje versieren, herinneren nog aan deze tijd van welvaart.
Mathilde Jansen voor NEMO Kennislink

De rol van het toerisme

Tegenwoordig hebben de eilanders op een andere manier te maken met andere bevolkingsgroepen, namelijk door het toerisme. Toch is het niet zo dat er met de komst van het toerisme op de eilanden veel Duitse of anderstalige woorden in de dialecten zijn binnengeslopen. Het toerisme drukt op een andere manier haar stempel op het dialect: doordat de eilanders veelvuldig overstappen op het Duits, het Engels en niet te vergeten het Nederlands, wordt het dialect in veel mindere mate gesproken. Dit heeft natuurlijk tot gevolg dat ze het dialect minder goed gaan beheersen. Bovendien verhollandst het dialect steeds meer, omdat men het minder goed kan onderscheiden van het Standaardnederlands.

Het plaatselijke dialect wordt alleen nog gebruikt wanneer de eilanders onder elkaar zijn. Dit is tegenwoordig vooral in het winterseizoen het geval, omdat er dan minder werk is (zo’n tachtig procent van de eilanders verdient zijn brood in de toeristische sector) en men meer tijd heeft om zich in het lokale verenigingsleven te storten. Dit actieve verenigingsleven is typerend voor kleinere gemeenschappen. Het zorgt voor dichte netwerken in die gemeenschappen en werkt op die manier behoudend voor de lokale dialecten. Die verbondenheid binnen de lokale bevolking wordt op de eilanden overigens ook in stand gehouden door lokale feesten. Het bekendste is wel het Sunneklaasfeest, dat op alle eilanden nog gevierd wordt, hoewel ieder eiland er zijn eigen karakter aan geeft.

De rol van import

Hoewel het dialect tijdens lokale feesten nog een belangrijke rol vervult, worden de Waddendialecten toch in steeds minder situaties gebruikt. Op de meeste eilanden wordt het dialect alleen nog door de oudere generaties gesproken. Het eiland Ameland vormt hierop echter een uitzondering: nog zo’n 85 procent van de jongeren spreekt dagelijks Amelands. Hoe is dit te verklaren? Dit heeft voornamelijk te maken met de hoeveelheid import op het eiland. Op Ameland is het aantal niet-autochtone bewoners veel kleiner dan bijvoorbeeld op Texel. Dit komt onder andere door de kleinschaligheid van het eiland en lange afstand tot de vaste wal. Deze factoren zullen mensen er eerder van weerhouden om zich op Ameland te vestigen dan op Texel. De meerderheid van de Amelanders spreekt dan ook dialect. Nieuwkomers passen zich zoveel mogelijk aan en het zijn vooral de import-kinderen die het dialect overnemen van hun klasgenoten.

In tegenstelling tot op de andere Waddeneilanden, wordt op Ameland nog veel dialect gesproken door de jongeren. Hoewel het dialect van deze jongeren veel meer Nederlandse invloeden kent dan dat van de oudere generaties, beschouwen zij het nog steeds als Amelands.
Mathilde Jansen, CC2.0

Eilander identiteit

Zoals ik eerder opmerkte hebben de eilanddialecten hun Friese karakter met elkaar gemeen. Toch zullen de bewoners van de Waddeneilanden altijd ontkennen dat zij Fries spreken. Zij willen zich duidelijk onderscheiden van de mensen van de vaste wal. In de Waddendialecten tref je verschillende woorden aan voor niet-eilandbewoners: overkonters (Texels, letterlijk ‘overkanters’); fraimd schyt (Schiermonnikoogs, letterlijk ‘vreemde schijt’); seumerfeugels (Texels, letterlijk ‘zomervogels’, voor ‘badgasten’); freemden (Amelands voor ‘mensen van de vaste wal’). Maar zelfs voor de eilandbewoners geldt dat niet iedereen zich kan beroepen op het ware eilanderschap: er wordt een strikt onderscheid gemaakt tussen authentieke eilanders, mensen die er geboren en getogen zijn, en import-eilanders. Een dergelijk onderscheid speelt ook een belangrijke rol in de oost-west scheiding op Ameland.

Oost versus West

Binnen het Amelander dialect worden twee variëteiten onderscheiden: een oostelijke en een westelijke variëteit. Deze varianten van het Amelands verschillen van elkaar in klank, maar ook bijvoorbeeld in de verkleinwoordvorming (aan de westkant is een ‘pannetje’ een pantke; aan de oostkant spreekt men van een pantje). Sommige woorden zijn typisch voor de oost- dan wel de westkant. Het woord poentke (‘zoentje’) bijvoorbeeld wordt alleen aan de westkant gebezigd, terwijl men in het oosten alleen het woord soentje kent. Deze verschillen zijn ontstaan doordat de dorpen Buren en Nes aan de oostkant en Hollum en Ballum aan de westkant vroeger nogal op zichzelf staande gemeenschappen waren. Dit kan verklaard worden door de relatief grote afstand tussen de dorpen en de religieuze scheiding. De oostkant van het eiland is namelijk lange tijd voor het merendeel katholiek geweest, terwijl de westkant van het eiland protestants was.

Door deel te nemen aan de lokale feesten, zoals Sunneklaas, maar ook door je te bedienen van het lokale dialect (of je huis een naam in dialect te geven, zoals hiernaast), laat je zien dat je deel uitmaakt van de Amelander gemeenschap.
Mathilde Jansen voor NEMO Kennislink

Authenticiteit

Tegenwoordig lijken de inwoners van deze dorpen zich steeds meer met elkaar te mengen. Dit is vooral te merken aan de taal die jongeren spreken. Toch blijft men de verschillen tussen oost en west nog horen. Tijdens de gesprekken die ik de afgelopen jaren voerde met Amelanders, werd ik steeds weer gewezen op de scheiding tussen oost en west. Daarbij is mij wel duidelijk geworden dat de dialectverschillen in de hoofden van de Amelanders nogal worden uitvergroot. Een duidelijk verschil in mentaliteit tussen de oostelijke en westelijke dorpen is de oorzaak voor deze ‘psychologische afstand’.

Nieuwe inwoners hebben zich de laatste jaren vooral in het oostelijke Nes gevestigd, waardoor een wat lossere mentaliteit is ontstaan. In Hollum is men veel behoudender. Dit zie je ook terug in de viering van het Sunneklaasfeest, dat aan de westkant van het eiland nog volgens de oude tradities gevierd wordt terwijl men aan de oostkant veel losser omspringt met de traditionele regels: daar krijgt het feest een steeds carnavalesker karakter. Ook het dialect van de westkant wordt over het algemeen gezien als het meest ‘authentieke’. De Amelander die zich sterk als eilander wil profileren, giet daarom een westers sausje over zijn dialect.

Zie ook:

Dit artikel is een publicatie van Waddenmagazine.
© Waddenmagazine, alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 01 maart 2007
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.