Je leest:

De theologische tunnelvisie

De theologische tunnelvisie

Auteur: | 26 maart 2008

In het debat over moslims ligt het gevaar van een theologische tunnelvisie op de loer. Niet-moslims denken moslims te kunnen begrijpen door de koran te bestuderen. Maar het doen en laten van mensen wordt niet alleen bepaald door hun religie, zo betoogt Maurits Berger. De jurist en arabist is de nieuwe professor islam en het moderne westen aan de Universiteit Leiden. ‘Moslims begrijpen door de koran te doorgronden, dat is net alsof een boeddhistische Japanner mijn gedrag probeert te begrijpen door het Oude Testament te gaan lezen.’

‘Wereldwijd neemt de relevantie van religie toe,’ constateert Maurits Berger aan het begin van zijn lezing. In de statige zaal van het Rotterdamse stadshuis gaat de Leidse professor in op de rol van de islam in het buitenlands beleid. Bergers onderzoek is actueel, nu de Nederlandse regering wordt geconfronteerd met een dreigende diplomatieke crisis over de vertoning van Wilders’ Fitna.

Volgens Maurits Berger is de uitzending van Fitna, Wilders anti-Koran film, een kans voor de Nederlandse regering om aan dicataturen in de moslimwereld uit te leggen wat de vrijheid van meningsuiting inhoudt. Hij vergelijkt het met de commotie rondom de euthanasiewetgeving. ‘Toen viel de halve wereld over Nederland heen.’ Maar diplomaten wisten, goed geïnformeerd en geïnstrueerd, landen als de VS, Polen en Yemen gerust te stellen. Zo’n diplomatiek buitenlands beleid zou ook nu goed werken. ‘Ik geloof ook al wel dat dat gebeurt.’

Theologische tunnelvisie

‘Als Marokkaans-Nederlandse jongens in Amsterdam-West herdenkingskransen vernielen, word ik door journalisten gebeld die willen weten wat de koran daar nu eigenlijk over zegt,’ vertelt Berger lachend. ‘Maar wat er in de koran staat doet niet echt terzake. Het gedrag van moslims wordt door veel meer factoren bepaald dan de koran. We lopen het risico te islamiseren, dat wil zeggen alle gedragingen en uitspraken van moslims verklaren vanuit de religie, de islam.’En dat is geen goed idee’, meent de wetenschapper. Het leidt tot een ‘theologische tunnelvisie’ waarin je maar op één bepaalde, beperkte manier naar de moslimwereld kunt kijken. Alle andere (politieke, sociale, culturele, economische) aspecten van de identiteit van een moslim en het leven in een moslimland worden dan genegeerd.

Maurits Berger past in traditie van wetenschappers die de complexiteit en meervoudigheid van identiteiten benadrukken. De Nobelprijswinnaar Amartya Sen, bijvoorbeeld, betoogt dat mensen tegelijkertijd lid zijn van verschillende groepen en geen één vastomlijnde identiteit hebben. Wie iemand reduceert tot maar één categorie, bijvoorbeeld moslim, is volgens Sen gevaarlijk bezig. Ook de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) waarschuwde in haar rapport ‘Identificatie met Nederland’ voor een eenduidige vastomlijnde identiteit. Volgens dit WRR-rapport is het goed mogelijk om én Nederlander én moslim (zelfs een fundamentalistische moslim) te zijn. Het rapport deed echter heel wat stof opwaaien.

Lees hier meer over islam, immigratie en identiteit:

Demonstratie tegen de cartoons bij de brandende Deense ambassade in Damascus, februari 2006. Volgens Berger moet de oorzaak van het protest niet worden gezocht in de Koran, maar in de politieke, culturele en sociale omstandigheden.

Deense cartoonrellen

‘Als Fitna inderdaad tot ophef in de moslimwereld leidt, wordt het interessant om te zien waar de reacties vandaan komen,’ zegt Berger. ‘Tijdens de Deense cartoonrellen kwamen de heftigste protesten uit Saoedi-Arabië, Syrië en Libië. Dat waren ook de landen die in die tijd veel kritiek van het westen kregen.’ Saoedi-Arabië omdat de meeste kapers van 9/11 Saoedisch waren, Libië vanwege dictator Kolonel Gaddafi en zijn massavernietigingswapens en Syrië vanwege de betrokkenheid bij de moord op de Libanese ex-premier Hariri.

‘De reacties van deze landen waren dus afhankelijk van hun problematische relatie met het westen. De regeringen zijn betrokken geweest bij de protesten. Ze hebben ze op zijn minst toegelaten. In Syrië geldt normaal gesproken een uitgaansverbod – daar kunnen mensen helemaal niet zo maar ongestraft de straat op om te protesteren.’ Tenzij de regering de protesten heeft goedgekeurd, of er zelfs aan heeft meegewerkt. Wat over komt als een protest tegen het beledigen van Mohammed, heeft volgens Berger dus ook een politieke kant. Wie alleen maar met een religieuze bril kijkt, is blind voor het internationale politieke spel dat wordt gespeeld.

Maurits Berger pleit voor de term ‘moslimlanden’ in plaats van ‘islamitische landen’. ‘Want wat is nu precies islamitisch? De meeste moslimlanden hebben geen geestelijk leider als staatshoofd, en ook geen islamitisch rechtssysteem. ’Moslimland’ betekent simpelweg dat de meerderheid van de inwoners zichzelf als moslim definieert.’ Foto: Universiteit Leiden

Wederzijdse tsunami

Volgens Maurits Berger hebben we nu te maken met de ‘perceptie van een wederzijdse tsunami.’ Zowel in de westerse als in de moslimwereld zijn mensen bang om door de ander te worden overspoeld. Als onderzoeker en journalist woonde Berger jarenlang in Egypte en Syrië. ‘Hier in het westen worden moslims de laatste jaren steeds zichtbaarder, bijvoorbeeld door de aanwezigheid van hoofddoekjes en moskeeën. Maar ook in de moslimwereld voelt men zich bedreigd door het westen. Er zijn nog nooit zo veel westerse soldaten in moslimlanden aanwezig geweest. En ook de wereldeconomie is volgens veel moslims in handen van het westen.’

‘De conflicten tussen westerse en moslimlanden komen niet voort uit de problemen rond olie en Israël, maar uit percepties, hoe we elkaar zien,’ verklaart Berger. ‘Moslims worden vaak gezien als ’anders’, zowel door het westen als door moslims zelf.’ De islam en de koran worden dan gezien als de oorzaak van een ‘fundamenteel’ verschil. Tegen deze zienswijze waarschuwt Berger. ‘Laatst was ik op een congres in Damascus. Daar vertelde een spreker dat er verschillende soorten mensenrechten zijn: westerse mensenrechten en islamitische mensenrechten. Dat vond ik schokkend. Dat zou namelijk betekenen dat we ook verschillende soorten mensen zijn.’

Prof. dr. Maurits Berger is hoogleraar Islam and the Modern West aan de Universiteit Leiden. Zijn lezing ‘islam in het buitenlands beleid’ werd op 20 maart gegeven en werd georganiseerd door het Nederlands Genootschap voor Internationale Zaken (NGIZ).

Dit artikel is een publicatie van NEMO Kennislink.
© NEMO Kennislink, sommige rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 26 maart 2008
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.