Van de 6,7 miljard mensen die de wereld bevolken hebben er 1 miljard honger. En dat worden er alleen maar meer, voorspelt de FAO, de voedsel en landbouworganisatie van de Verenigde Naties; al was het maar omdat de wereldbevolking groeit. Naar verwachting zullen in 2050 al 9 miljard monden gevoed moeten worden. Maar hoe? Een greep uit de mogelijkheden…
Eet meer (rood) vlees!
Vegetarisme is een vaak genoemde oplossing voor het wereldvoedselprobleem. En eerlijk is eerlijk, daar zit wel wat in. Een gemiddeld varken van 90 kg consumeert 247 kg voer in zijn leven. Als we het varkensvoer direct op ons eigen bord zouden scheppen zou dat een stuk efficiënter zijn.

Bovendien worden voor Europees veevoer vaak grondstoffen uit andere delen van de wereld geïmporteerd, waar de schaarste juist groter is dan bij ons. Zo wordt in Latijns-Amerika 15 miljoen hectare landbouwgrond gebruikt voor de sojateelt, om Europa van veevoer te voorzien. Er zijn aanwijzingen dat dit ten koste gaat van de regenwouden, en bovendien wordt de verdeling van nutriënten over de aardbol erdoor verstoord. In sommige delen van de wereld raakt de bodem uitgeput en in Europa vormt overbemesting steeds vaker een probleem. De hoeveelheid vlees die de gemiddelde Europeaan naar binnen werkt (82 kg per jaar!) zou dus best wat omlaag mogen.

Toch pleit Prem Bindraban van de Universiteit van Wageningen voor het eten van vlees. Maar dan wel rood vlees, van grazers. Grazers kunnen we eten, is zijn redenering, en gras niet.
Volgens Bindraban zal exclusief inzetten op de productie van granen uiteindelijk vastlopen op watergebrek. Voor de productie van een kilo graan is gemiddeld 1300 liter water nodig. In plaats van zoveel mogelijk water op de graanvelden proberen te krijgen stelt hij daarom voor de efficiëntie te vergroten door de graslanden – die immers ook regenwater opnemen – beter te benutten.
In arme landen waar mensen vaak aangewezen zijn op een eenzijdig dieet zou het bovendien een sterke verbetering van de volksgezondheid opleveren als ze af en toe een lapje vlees konden eten. En totdat de grazer op het bord belandt, produceert deze nog melk en mest ook.
Knutselen met genen
Het veroorzaakt nogal wat beroering nu en dan, maar biotechnologie kan wel degelijk helpen. Met genetische modificatie kunnen we gewassen eigenschappen geven die nodig zijn om te overleven in nieuwe omstandigheden – bijvoorbeeld als het klimaat verandert. De technologie heeft zichzelf reeds bewezen, onder meer met een rijstvariant die extra goed tegen droogte kan, en een andere die juist niet kan verdrinken .
Meer traditionele gewasverbetering kan ook werken. Zo bestaat in Afrika tegenwoordig de Nerica (New Rice for Africa) die is gekweekt uit de Aziatische rijstsoort Oryza Sativa, die een hoge opbrengst heeft, en de Afrikaanse Oryza Glabberima, die een veel lagere opbrengst per plant heeft maar wel goed bestand is tegen droogte en allerlei ziektes. Een leuke verrassing was dat de Nerica, dankzij de veel nattere condities in Afrika, een nog hogere opbrengst bleek te hebben dan de Oryza Sativa.
Betere landbouwmethoden en logistiek
De reden dat er op dit moment wereldwijd nog geen voedselschaarste is, is te danken aan technische ontwikkelingen zoals die van landbouwmachines, irrigatiemethoden, bestrijdingsmiddelen en kunstmest. In de meeste Europese landen is hiermee de grens van landbouwefficiëntie wel bereikt, maar met name in Afrika valt op dit vlak nog veel winst te behalen.
En anders wel met een verbetering van de logistiek. Neem bijvoorbeeld Zuid-Sudan: met een areaal van 14 miljoen hectare vruchtbare grond zou het volgens Monty Jones – landbouwwetenschapper, directeur van het Forum for Agricultural Research in Africa (FARA) en uitvinder van de Nerica – de graanschuur van de wereld kunnen zijn. Slechts 1 miljoen hectare van de vruchtbare grond wordt echter gebruikt. Door gebrek aan wegen kan kunstmest niet op grote schaal worden ingevoerd en de oogst niet op grote schaal worden uitgevoerd. Zelfs voor buurland Kenia is het goedkoper rijst in te voeren uit Australië dan uit Sudan.

mohamed hassan via pixabay.com, CC0 1.0
Voldoende voedselproductie garandeert helaas niet dat de honger op de wereld wordt uitgebannen. Momenteel worden wereldwijd voldoende calorieeën geproduceerd om de wereldbevolking te voeden, maar het evenwicht is ver te zoeken: één miljard mensen hebben honger, maar meer dan 1.3 miljard mensen lijden aan overgewicht of obesitas..
Gebruik geen biobrandstof!
Natuurlijk, er is nóg een schaarsteprobleem: onze slinkende voorraad fossiele brandstoffen. En omdat we ons autootje liever niet laten staan, vestigen we onze hoop onder andere op biobrandstoffen.
Maar biobrandstoffen beginnen een geduchte concurrent van de voedselproductie te worden. Van mais kan je naast brandstof immers tevens tortilla’s maken, en koolzaadvelden had je ook voor gerst kunnen gebruiken.
Een nieuw idee is dat van ‘bioraffinage’. Hierbij worden gewassen geteeld waarvan je de opbrengst als voedsel kan gebruiken, en de restanten als ingrediënt voor biobrandstof. Ook het idee om biogas te maken door afval te vergisten, zoals dat sinds 7 februari in Spakenburg gebeurt oogt sympathiek.
Maar ook hier zit een addertje onder het gras – want wat is afval? Nutreco beschouwde het visafval dat nu in de vergister verdwijnt voorheen juist als een hoogwaardige grondstof. Zij maakten er visvoer van. En vis? Dat kan je weer eten…
Eet lamsoor en zeekool!
Wellicht vindt u het reuze sneu, dat de honger op de wereld straks toeneemt, maar maakt u zich over uzelf en uw kinderen weinig zorgen. Nederland is immers een vruchtbaar landje? Desnoods gooien we de grenzen dicht en worden we zelfvoorzienend?

Mis! Ook in Nederland hebben we wel degelijk een probleem. Verzilting, bijvoorbeeld. Verzilting komt vooral in droge gebieden voor, maar ook in ons zompige Nederland rukt het zout op. Deels vanuit zee, maar voornamelijk vanuit de grond.
Vijfduizend jaar geleden bestonden het noorden en westen van ons land uit waddengebied. Voor Zeeland, noord-Friesland, noord-Groningen en de kop van Noord-Holland gold dat duizend jaar geleden nog steeds. In deze streken is het diepe grondwater gewoon zeewater, en door inpolderingen en droogmakerijen komt dit zeewater als kwelwater naar het oppervlak.
Wereldwijd wordt zo’n 1,5 miljard hectare land door verzilting bedreigd, in Nederland gaat het om zo’n 150.000 hectare. En dus wordt inmiddels druk geëxperimenteerd met de verbouwing van zouttolerante gewassen. Begin april promoveerde er nog iemand op een studie naar het verbouwen van zouttolerante mais. Maar ook minder bekende producten worden al uitgeprobeerd, bijvoorbeeld op Texel en in Zeeland. Zeekool, lamsoor, zeekraal, wilde rucola… went u maar vast aan de smaak!
Ideeën genoeg, zou je zeggen, al zullen de plannen niet alleen technisch maar ook economisch haalbaar moeten zijn. En dan hebben we het nog niet eens gehad over algenboerderijen, vlees kweken in het laboratorium, en niet te vergeten insecten op de menukaart. Opdat een sprinkhanenplaag straks niet meer als een vernietiger van de oogst wordt beschouwd, maar als voedsel dat zich gratis aan komt dienen…
Bronnen
- Berkhout Voedselzekerheid, een beschouwing vanuit drie dimensies (2009)
- Bindraban Ecologische hulpbronnen moeten leidend zijn bij duurzame ontwikkeling – eet rood vlees. Uit: Over zorgvuldige veehouderij veel instrumenten, één concert (2010) 176-185.
- Reijn Groen gras vreet veevoer De Volkskrant (12-2-2011)
- Van Santen, Khoe en Vermeer 2030, Technology that will change the world (2010) 35-43
- Leven met Zout Water (website met publicaties)
Zie ook:
- Wereldvoedseldag (Kennislink nieuws)
- Gen redt tarwe van schimmelplaag (Kennislink nieuws)
- Oplosbaar graantekort (Kennislinkartikel)
- De verleiding van vlees (Kennislinkartikel)