Ontstaan en samenstelling
De maan. Wat weten we niet van ons kleine witte zusje? De maan is, samen met de zon, het eerste hemellichaam waarvan de mens zeker weet dat het meer is dan enkel een puntje. Dankzij telescopen en ruimtevaart hebben we het hele maanoppervlak – zowel aan de zichtbare kant als aan de ‘donkere’ kant – uitgebreid in kaart gebracht, met al haar zeëen en kraters. De schijngestalten en de baan van het kleine hemellichaam hebben geen enkel geheim meer voor ons. Toch zijn er nog een aantal open vragen waar we tot nu toe enkel over kunnen speculeren. Waar komt de maan vandaan? Zou er leven op aarde mogelijk zijn zonder onze kleine begeleider? Stond ze altijd met dezelfde kant naar ons toe?
Eén van de grootste raadsels over de maan, de aanwezigheid van water in grote hoeveelheden, werd recent opgelost. Nadat werd aangetoond dat er inderdaad water op de maan aanwezig is, voerde NASA een gewaagd experiment uit om uit te zoeken of dat water ook in grote blokken ijs kon zitten. De uitkomst van dat experiment bleek hoopgevend voor een mogelijk maanbasis. Enkele maanden later volgde de ontdekking dat er op de polen van de maan écht grote hoeveelheden water-ijs aanwezig zijn.

Meer over ontstaan en samenstelling van de maan:
- De maan was heet
- Was de donkere kant van de maan ooit licht?
- Het bijzondere zwaartekrachtveld van de maan
- Het ontstaan van de maan gesimuleerd
- Aanwijzingen voor vroege vorming van de aarde
- De geschiedenis van onze dubbelplaneet
- Dossier inslagkraters
Meer over water op de maan:
- Water gevonden op de maan
- Water op de maan
- Maan heeft weinig water… maar Mars juist veel
- Geen gletsjers op de maan
- LCROSS op ramkoers met de maan
- Maanpolen bepokt met ijskraters
Schijngestalten en bijzondere verschijnselen
Door de bijzondere positie van de maan ten opzichte van zon en aarde zien we haar op veel verschillende manieren. De maand, een van onze meest gebruikelijke tijdseenheden, is gebaseerd op de tijd die de maan nodig heeft om een complete cyclus van schijngestalten te doorlopen. Veel godsdiensten en culturen hebben rituelen die gelieerd zijn aan de maanfasen – denk bijvoorbeeld aan de maankalenders die in veen culturen gebruikt worden, of het vaststellen van de start van de Ramadan. Naast de mystieke waarde die aan de maanfasen wordt toegekend zijn er soms ook hele speciale verschijnselen te zien: een hele grote, hele rode of geheel verduisterde maan. En op de verduisterde delen van de maan kunnen we zelfs een goede reflectie van de aarde zien: wellicht de sleutel tot de ontdekking van bewoonbare planeten!
Meer over schijngestalten een bijzondere verschijnselen
- De minst volle maan
- De maan zo rood als bloed
- Extra volle maansverduistering
- Totale maansverduistering
- Bijna volledige maansverduistering
- Nog een totale maansverduistering
- De Ramandanmaan
- Aarde weerspiegelt op donkere maan
- Maanparallax gemeten
- Astronomen zien schijngestalten exoplaneet
Maanobservatie
Galilei kon 400 jaar geleden met de eerste telescoop vanaf de aarde de kraters op de maan al bestuderen en tekenen. Maar om echt veel te weten te komen over het kleine hemellichaam is het beter om de aardatmosfeer te verlaten, en vanuit de ruimte te kijken. Dat gebeurt al sinds de vroege jaren van de ruimtevaart met satellieten die in een baan om de maan gebracht worden, zoals de Amerikaanse Lunar Orbiters. Zo kan bovendien de donkere kant van de maan, die zich nooit naar de aarde richt, bestudeerd en in kaart gebracht worden. Maansatellieten vonden al een aantal keer aanwijzingen voor water en ijs op de maan, vooral in de diepe, donkere kraters. Tot nu toe is dat nog onbewezen.

Meer over maanwaarnemingen:
- Japan op weg naar de maan
- Smart-1: Het maanavontuur begint
- Succesvolle lancering Smart-1
- Smart-1 in de greep van de maan
- Smart-1 op de drempel
- Laatste levensteken maanmissie Smart-1
Bemande maanreizen
De beste manier om informatie over de maan te verzamelen is er zelf naartoe gaan. De reis van de aarde naar de maan kost ongeveer drie dagen, wat prima vol te houden is voor de gemiddelde astronaut. Het is dit jaar precies 40 jaar geleden dat het de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA voor het eerst lukte om een mens op de maan te zetten. De gevleugelde woorden van astronaut Neil Armstrong – one small step for man, one giant leap for mankind – behoren inmiddels tot de wereldgeschiedenis. Tot nu toe hebben 12 mensen op de maan gelopen, allemaal Amerikanen die deelnamen aan het Apollo-programma. De laatste bemande vlucht naar de maan vond plaats in 1972. Sindsdien hebben verschillende landen bemande maanreizen overwogen, maar het is er nooit meer van gekomen. Ook Mars, de planeet die volgens velen de volgende zou zijn, is nog niet echt in zicht voor astronauten.

Meer over bemande maanreizen:
- 40 jaar na Armstrong
- Eerste stap in het ruimtevaarttijdperk
- Tennis op de maan
- Olympische spelen op de maan
- Mensen op Mars in 2033?
Maanbasis en telescopen op de maan
De maan heeft geen atmosfeer, en de zwaartekracht is er veel minder sterk dan op aarde. Vandaar dat het een goede plaats zou zijn om raketten naar de diepere delen van het zonnestelsel te lanceren. Ook voor een telescoop is de maan een interessante plaats, met name de donkere kant waar je geen last hebt van de invloed van de aarde. Daarom wordt er al jaren gesproken over de bouw van een permanente maanbasis. Dat heeft nogal wat voeten in aarde, want hoe krijg je de bouwmaterialen op de maan, en hoe onderhoud je de bouwers, wetenschappers en astronauten? Bovendien wordt de maan dagelijks door grote hoeveelheden meteorieten bekogeld, die niet door een dampkring worden gestopt. Is het wel veilig om een grote spiegeltelescoop te bouwen op een plaats waar een ruimteprojectiel ieder moment een deuk in de spiegel kan slaan?

Meer over een maanbasis:
- Maan bevat genoeg water voor basis
- Rijk worden op de maan
- Maanbasis zonder water
- Hete grond onder de voeten
- Doelwit aarde: De maan ging door het oog van de naald
- Een ton vallende steen per dag
Meer over telescopen op de maan:
Buitenaardse manen
De ontdekking van de eerste buitenaardse manen valt samen met de eerste kaarten van onze maan: Galilei vond ze. Hij bekeek Jupiter gedurende een aantal nachten, en vond daar 4 kleinere ‘sterren’ die een vreemd pad aflegden. Zijn conclusie was dat de vier puntjes om Jupiter heen draaiden, en sindsdien hebben we ingezien dat de aarde niet de enige planeet met een begeleider is. Mars heeft Phobos en Deimos, Pluto heeft Charon, en van de gasreuzen Jupiter, Saturnus en Neptunus weten we nog steeds niet zeker hoeveel manen er precies zijn. Wel weten we dat onze maan bijzonder is: in verhouding tot de planeet waar ze omheen draait is ze erg groot, waardoor je de aarde en de maan eigenlijk als dubbelplaneet kunt zien. Sommige manen van andere planeten, zoals Europa van Jupiter en Titan van Saturnus, lijken qua samenstelling best veel op de aarde. Als er andere bewoonbare plaatsen in ons zonnestelsel zijn, zijn dat de beste kandidaten.
De manen van Mars:
De manen van Jupiter:
De manen van Saturnus:
- Saturnusmaan Enceladus omgeklapt
- Huygens: Zwemmen of stuiteren
- Het verre verleden van Phoebe
- Titanleven eet nooit warm
- Micromaantjes in ringen Saturnus
- 350 jaar Huygenslens