Je leest:

Biobrandstoffen: alleen voor lange termijn

Biobrandstoffen: alleen voor lange termijn

Auteur: | 23 oktober 2009

Om klimaatverandering tegen te gaan zijn biobrandstoffen populair geworden. Maar dat blijkt nieuwe problemen te geven, zoals watertekort. Vers onderzoek suggereert dat deze problemen op de lange termijn mee kunnen vallen.

Een typisch nadeel van biobrandstoffen in bijvoorbeeld Zuid-Amerika, is dat tropisch bos moet wijken voor biobrandstofakkers. Dat kost op de korte termijn veel CO2
C. Neill, Science

Voor wie nog steeds denkt dat biobrandstoffen per definitie groen zijn en het broeikasgas CO2 doen afnemen, volgt hier een verhelderende opfrisser. Biobrandstoffen van de eerste generatie, dat is uit bijvoorbeeld maïs, nemen landbouwgrond voor voedsel in; dat leidt tot hoge voedselprijzen en honger. Verder willen biobrandstofboeren soms een stuk natuur wegkappen, zodat daar de nieuwe brandstofakker kan komen. Aangezien bossen CO2 vasthouden, kost dat niet alleen natuur, maar vererger je de klimaatproblemen.

Maar volledig uitzichtloos is de situatie heus niet, suggereert nieuw onderzoek in het vooraanstaande tijdschrift Science. Jerry Melillo en zijn collega’s berekenden de voor- en nadelen van eerste-generatie-biobrandstoffen in een nieuw computermodel. De conclusie: beleidsmakers moeten bossen laten staan en intensiever gebruik van huidige biobrandstofakkers stimuleren. Doe je dat, dan begint de wereld rond 2030 duurzame brandstoffen te produceren.

Jerry Melillo hoopt dat beleidsmakers niet al te ingewikkelde afspraken zullen maken, waardoor ze teveel van beslissingen zoals Melillo adviseert, afwijken.
Science

De wetenschappers geven toe dat 2030 niet bepaald vlot klinkt, en dat is het ook niet. Het is vooral een heikel punt voor de beleidsmakers, die waarschijnlijk niet verder dan een jaar of vier, vijf kijken. Maar ervan uitgaande dat biobrandstof voorlopig alleen van landbouwgrond komt, is biedt het advies van Melillo en zijn collega’s een degelijk uitzicht op een groene toekomst.

Overigens is het extra gebruik van huidige biobrandstofakkers is niet zonder nadelen, berekenden de onderzoekers. Je hebt meer kunstmest nodig. En teveel kunstmest bevuilt de lucht met stikstofoxide – lachgas. Lachen is geen probleem, maar het feit dat stikstofoxide een broeikasgas is, wel. Verder hebben biobrandstofakkers veel water nodig – en hoewel dat in Nederland gewoon uit de lucht komt vallen, geldt het omgekeerde voor veel andere werelddelen.

Daarom raden Melillo en zijn collega’s aan om naar alternatieven voor intensief kunstmest- en watergebruik te zoeken. Door bijvoorbeeld planten te telen die minder van beide nodig hebben. Gentechbedrijven zoals Monsanto onderzoeken momenteel of dat kan. Een ander alternatief, dat de onderzoekers niet noemen, is om biobrandstoffen niet door gewassen op landbouwgrond te laten maken, maar door algen in vaten. Maar of dat eerder dan 2030 klaar is?

Zie ook

Meer biotechnologie op Ditisbiotechnologie.nl

Dit artikel is een publicatie van Ditisbiotechnologie.nl.
© Ditisbiotechnologie.nl, alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 23 oktober 2009
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.