Je leest:

Bent u een goed verstaander?

Bent u een goed verstaander?

Auteur: | 20 september 2006

De tentoonstelling ‘Bent u een goed verstaander?’ is opgezet door taalwetenschappers uit Groningen, Nijmegen en Utrecht en te zien in enkele universiteitsmusea. Centraal staat de vroeg hoe mensen taaluitingen interpreteren.

Begrijpen en verstaan doen we dagelijks ontelbare keren zonder daar verder bij stil te staan. Het grootste deel van de tijd gaat dit goed. En dat terwijl er zoveel mis kan gaan. Dat is het thema van de tentoonstelling ‘Bent u een goed verstaander?’ De tentoonstelling komt voort uit het door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) gefinancierde onderzoeksproject ‘Conflicten in Interpretatie’ van taalwetenschappers uit Groningen, Nijmegen en Utrecht.

De tentoonstelling ‘Bent u een goed verstaander?’ is te bezichtigen in het Utrechts Universiteitsmuseum van 16 september 2006 tot en met 14 januari 2007. Daarna zal de tentoonstelling nog enkele maanden te zien zijn in het Universiteitsmuseum in Groningen.

Miscommunicatie

Vrijdag 15 september opende professor Johan van Benthem (UvA/Stanford) de tentoonstelling in het Universiteitsmuseum in Utrecht. In zijn openingsrede gaf hij voorbeelden van succesvolle en minder geslaagde communicatie. De tentoonstelling benadrukt dat mensen elkaar buitengewoon goed begrijpen, zeker gezien de veelsoortige, onvolledige en vaak ook strijdige informatie die ze moeten verwerken. Van Benthem betoogde dat er aan de andere kant vaak miscommunicatie ontstaat, omdat de bedoeling van een uiting vaak anders is dan de letterlijke betekenis ervan. Als voorbeeld stelde Van Benthem de vraag: “Is er hier in de buurt een drankwinkel?” Degene die daarop “Vast en zeker” antwoordde, had blijkbaar de bedoeling achter Van Benthems vraag niet goed begrepen. Een beter antwoord was geweest: “Ja in de straat om de hoek”.

Wanneer mensen taal begrijpen, begrijpen ze veel meer dan wat er uitgedrukt kan worden met behulp van een rijtje woorden. Veel van wat mensen zeggen, blijft feitelijk onuitgesproken. Als dat een keer misgaat, is dat trouwens geen ramp. In gesproken taal kun je gevallen van miscommunicatie snel weer recht zetten.

Computers, kinderen en goede verstaanders

Welke extra informatie komt er binnen als we een zin interpreteren? Neem eens de volgende zin: ‘De tentoonstelling gaat over computers, kinderen en goede verstaanders’. Automatisch krijgen we dan de lezing dat computers en kinderen dus geen goede verstaanders zijn. Maar dat staat er niet letterlijk. Volwassenen begrijpen veel van wat er ‘tussen de regels door’ wordt gezegd. Op de tentoonstelling kunnen bezoekers aan een quiz meedoen om de snelheid en adequaatheid van hun taalbegrip te testen.

Verder is er op de tentoonstelling een computer aan het werk, die probeert de verwijzing van voornaamwoorden zoals ‘hij’, ‘hem’ en ‘zijn’ te begrijpen. Het is niet moeilijk hem voor de gek te houden. Wie intypt ‘Mijn tante heeft een koffer gekocht. Hij is rood’ krijgt het correcte resultaat dat ‘Hij’ naar ‘een koffer’ terugverwijst. Maar als mijn oom een koffer heeft gekocht, dan is het niet de koffer maar mijn oom die rood is.

Kinderen doen het uiteraard veel beter dan computers. Die zijn stuk voor stuk op weg net zulke goede verstaanders te worden als hun ouders. Toch duurt het op een volwassen manier leren begrijpen van taal ook bij kinderen veel langer dan tot voor kort werd gedacht. Op de tentoonstelling is te zien hoe kinderen van vier een eenvoudige opdracht consequent verkeerd interpreteren.

Dit artikel is een publicatie van Radboud Universiteit Nijmegen.
© Radboud Universiteit Nijmegen, alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 20 september 2006
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.