Je leest:

Als de lente komt, dan stuur ik jou…

Als de lente komt, dan stuur ik jou…

Auteur: | 1 april 1999

Nederland heeft in de wereldgeschiedenis de primeur van de eerste beurscrash. Een gigantische speculatie in een bekend Nederlands exportproduct veroorzaakte deze crash. Welk product dat was? Hollandse tulpen!

Tulpomania in de Keukenhof

Vanaf 23 maart 2017 is de Keukenhof weer voor het publiek geopend. De 68e editie staat volledig in het teken van ‘Dutch Design’ en het nieuwe entreegebouw dat na jaren van voorbereiding eindelijk in gebruik genomen kan worden. In de tentoonsteling Tulpomania in het Juliana Paviljoen kun je de rijke geschiedenis van de tulp ontdekken en de crisis die de enorme vraag naar tulpenbollen in het verleden heeft veroorzaakt. De Keukenhof blijft in totaal acht weken open, tot 21 mei 2017. Naar verwachting zullen meer dan 1 miljoen bezoekers uit alle delen van de wereld de bloemententoonstelling bezoeken.

In de zeventiende eeuw beleefde Nederland een periode van ongekende welvaart. De Tachtigjarige Oorlog met de Spanjaarden om onze onafhankelijkheid liep ten einde, waardoor het eindelijk weer wat rustiger werd in de lage landen. Daardoor werd Holland een van de belangrijkste handelsnaties van Europa. Kunst en wetenschap bloeiden: denk maar eens aan de schilderijen van Rembrandt en de ontdekkingen van Christiaan Huygens in de wis- en natuurkunde. Dat Amsterdam, de plaats van waaruit zoveel handel bedreven werd met zoveel verschillende landen, ook de locatie werd voor een van de allereerste beurscrashes uit de geschiedenis, is dan ook niet erg verbazingwekkend.

De tulp

Rond 1550 werd de tulp voor het eerst ‘ontdekt’. Oorspronkelijk werd de tulp vooral in Constantinopel gekweekt. Welgestelde Nederlanders die tulpenbollen wilden hebben bestelden ze in Turkije, en het woord ‘tulp’ wordt verondersteld van het woord ‘tulband’ af te stammen. De populariteit van de tulp, en de prijzen die ervoor betaald werden, groeiden jaarlijks. In de dertiger jaren van de zeventiende eeuw werd de tulp hét statussymbool van de rijken in Nederland, en iedereen die geld had moest er minstens één in huis hebben. De gecultiveerde tulpen waren zwak en moesten uiterst voorzichtig behandeld worden. Een Engelsman schreef: “Dit culturele meesterwerk wordt zwakker naarmate het mooier wordt en daarom kan het, zelfs met de grootste handigheid en beste verzorging, nauwelijks overgeplant worden, of zelfs maar in leven gehouden.”

Misschien dat de zwakte van de plant mede oorzaak was van de enorme populariteit van de tulp. Tulpen waren relatief schaars, en de prijzen konden daarom veel meer omhooggestuwd worden dan bijvoorbeeld voor rozen het geval was. Een rijke handelaar in Haarlem betaalde de helft van zijn hele fortuin voor één plantje, in Frankrijk werd een tulpenbol geruild voor een volledige bierbrouwerij, en tijdens het hoogtepunt van de speculatie in 1636 werd een tulpenbol verkocht voor een bedrag dat vandaag de dag meer dan 7.000 gulden waard zou zijn. Dure variëteiten zoals de Semper Augustus en Admiraal Van der Eyck werden daarom gewogen in perits; een bijzonder kleine gewichtsmaat die minder dan het gewicht van een graankorrel representeerde.

Een ui

De handel in tulpen en tulpenbollen nam ongekende vormen aan, en leidde tot amusante situaties. Zo is er het verhaal van de zeeman die jarenlang van huis geweest was om voor een koopman goederen op te halen. Bij thuiskomst kreeg hij van de opgewonden koopman in diens pakhuis een grote haring kado. De zeeman meende dat de koopman het vast niet erg zou vinden als hij een ui die hij in het pakhuis aantrof mee zou nemen voor bij de haring, en zittend op de kade veroberde hij in enkele minuten deze lunch van ui en haring. Nog dezelfde dag werd hij gearresteerd in opdracht van de woedende koopman, die verklaarde dat de zeeman geen ui maar een Semper Augustus tulpenbol had opgegeten, ter waarde van 3000 florijnen. “Genoeg”, zo meende de onthutste koopman, “om de Prins van Oranje en het hele hof van de stadhouder een overdadig feestmaal aan te bieden”. De zeeman werd wegens diefstal voor enkele maanden opgesloten.

De prijs van tulpen liep hoog op in de zeventiende eeuw. Ieder van deze tulpen leverde tussen de 3000 en 4200 florijnen op.

Optiehandel

Het zal niemand verbazen dat winkeliers, en zelfs het armste deel van de bevolking, zeer geïnteresseerd raakten in tulpen. Velen begonnen te handelen in tulpenbollen. Prijzen werden al van te voren afgesproken, nog voor de bollen uit de grond waren gekomen. Tegenwoordig zouden we dat futures of opties noemen, en op de aandelenbeurs van Amsterdam ontstond een levendige handel in zulke prijscontracten. De handelaren op de beurs gebruikten de fluctuaties in de prijs van tulpen om enorme winsten te maken. Het buitenland raakte ook in de ban van tulpen, en grote sommen geld stroomden Holland binnen. De adel, maar ook boeren, zeelui, dienstmeisjes en zelfs arme families die hun familiezilver verkocht hadden, investeerden in tulpen. In het begin nam de vraag naar tulpen alleen maar toe, en iedereen maakte winst. Er leek geen eind aan te komen.

Crash

In 1637 stortte de hele markt voor tulpen in elkaar. Een aantal handelaren merkte dat ze hun tulpen niet meer konden verkopen voor de gigantisch opgeblazen vraagprijs die op dat moment gold. Het nieuws verspreidde zich als een lopend vuurtje, en binnen twee maanden waren tulpenbollen vrijwel niets meer waard. Mensen die bijna al hun bezittingen verkocht hadden voor een paar bollen werden tot de bedelstaf veroordeeld, en er waren zelfs adelijke families die de financiële klap nooit te boven zouden komen. Faillietverklaringen waren aan de orde van de dag in elke grote Hollandse stad.

De regering werd gedwongen in te grijpen, en deze verklaarde alle tulpcontracten die gesloten waren in of voor november 1637 nietig. Bovendien mochten alle contracten van na die tijd afgekocht worden tegen tien procent van de oorspronkelijke prijs. Maar de prijs van tulpen was inmiddels gekelderd tot ongeveer acht procent van de contractwaarde, zodat zelfs deze maatregel weinig hielp. Er werden in de algemene paniek zoveel rechtszaken wegens contractbreuk aangespannen dat de rechters in Den Haag en Amsterdam unaniem weigerden ze te behandelen. Als officiële reden werd gegeven dat het hier ‘gokschulden’ betrof, en geen contractbreuk. Honderden gedupeerden konden daardoor naar hun geld fluiten, en Holland zou de economische gevolgen van de crisis nog lang blijven voelen.

Tulipomania

Deze beurscrash is een van de oudste, maar ook een van de bekendste uit de geschiedenis. Tot op de dag van vandaag wordt daarom de naam van een Hollandse bloem gebruikt in de Engelse term voor massale speculatie op een overgewaardeerd produkt: Tulipomania.

Zie ook:

Dit artikel is een publicatie van Pythagoras (KWG).
© Pythagoras (KWG), alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 01 april 1999

Discussieer mee

0

Vragen, opmerkingen of bijdragen over dit artikel of het onderwerp? Neem deel aan de discussie.

NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.