Hans Freudenthal werd in 1905 geboren te Luckenwalde in Duitsland als zoon van een Joodse leraar. Van jongsaf aan werd hij gegrepen door wiskundige fenomenen als differentiaalvergelijkingen en integratie, maar op dertienjarige leeftijd had hij ook alle werken van Goethe en Schiller gelezen. Vanaf 1923 studeerde hij wiskunde in Berlijn en Parijs. Na het behalen van zijn doctoraal examen verhuisde hij naar Amsterdam waar hij de beroemde wiskundige L.E.J. Brouwer in 1930 assisteerde. Kort daarna trouwde hij Suus Lutter, een pedagoge. Dankzij dit huwelijk (en een portie geluk), wist Freudenthal de Tweede Wereldoorlog te overleven.
Vanaf 1946 bezette Freudenthal als professor de stoel ‘theoretische en toegepaste wiskunde’ in Utrecht. Hiermee vestigde hij zich definitief als bekend wiskundige, waarbij hij wezenlijke bijdragen leverde aan de topologie, geometrie en de theorie van Lie-groepen.
Hans Freudenthal op 82-jarige leeftijd. Hij wilde goede begrepen worden, maar wist ook dat zijn schrijfsels vaak anders werden geinterpreteerd dan bedoeld: "Het is niet eenvoudig je te tonen zoals je bent, vooral als je helemaal niet zo bent.’’ bron: Werry Crone, TROUW (1987)
Als onderwijzer verwierf hij internationale faam en erkenning als de oprichter van toegepaste realistische wiskunde die gebaseerd is op alledaagse problemen in plaats van de tot dan toe gebruikelijke abstracte wiskunde. Door zijn invloed voorkwam Freudenthal dat het Nederlandse onderwijs de Amerikaanse ‘New Math’ methoden adopteerde – wat in veel andere landen wel gebeurde vanaf 1960. Deze formele methode, grotendeels gebaseerd op abstracte logica, bleek later ongeschikt voor de meerderheid van de studenten.
Ontdekkingsreis
Freudenthal stuurde zijn studenten veel liever op een (wiskundige) ontdekkingsreis. ‘Wiskunde leren door herontdekking’ was zijn motto. Studenten werden hierbij niet onderworpen aan abstracte ontoepasbare wiskunde maar zorgvuldig gekozen alledaagse problemen. Zo bouwden studenten geleidelijk een wiskundig inzicht op. Bovendien was Freudenthal van mening dat de herkenbaarheid van de problematiek zou leiden tot een natuurlijke, verhoogde interesse van studenten in wiskunde.
Op een dag – het moet in of omstreeks 1973 geweest zijn – wees Freudenthal me tijdens een les over tellen op een ordinair margarinekuipje, dat in de klas in de vensterbank stond en daar als bloempot dienst deed. Op het kuipje bevonden zich twee figuurtjes, een zonnetje en een maantje, afwisselend, het hele kuipje rond. Deze ‘vaas’ werd het startpunt voor een serie uiterst belangrijke onderwijsactiviteiten. Professor Freudenthal wees de klas op het vaasje en vroeg: ‘Zijn er meer zonnetjes dan maantjes op de vaas?’ En, daarna: ‘Hoeveel figuurtjes in totaal?’ Natuurlijk kunnen de kinderen niet alle figuurtjes op de vaas zien. De achterkant onttrekt zich immers aan hun waarneming. Dit gegeven nu werd de essentie van een serie activiteiten waarbij het erom ging dat niet zichtbare voorwerpen, voorwerpen die zich niet in het blikveld van de kinderen bevinden, het mathematiseren van de ruimte uitlokken. uit: ’HF’s werken aan onderwijs’, Hans ter Heege, Tom Goris, Ronald Keijzer & Lidy Wesker
Nog meer dan een wiskundige was Freudenthal een schrijver. Door de jaren heen schreef hij talloze colums in De Groene Amsterdammer en het NRC Handelsblad, over onderwerpen die varieerden van taal tot geschiedenis en politiek. Na zijn dood werden nog vele ongepubliceerde werken gevonden, waaronder gedichten, toneelstukken en romans. Hans Freudenthal stierf op 13 oktober 1990 op een bankje in een park. Hij werd daar ontdekt door spelende kinderen.
Congres Freudenthal 100
Op het driedaagse congres komen de verschillende kanten van Freudenthal’s persoonlijkheid aan bod. Donderdag 15 september staat in het teken van onderwijs, met werkgroepen en discussies. Vrijdag 16 september wordt er door sprekers uit onder andere London, Grenoble en Wuppertal ingegaan op het wetenschappelijke werk van Freudenthal. Zaterdag 17 september had Freudenthal zelf misschien wel de leukste dag gevonden: een publieksdag die voor iedereen vrij toegankelijk is. Die dag komt van alles aan bod: zijn kleinzoon Bastiaan vertelt over de wandelingen die hij vroeger maakt met zijn opa, Hugo Brandt Corstius spreekt over de wiskundige als columnist, er zijn beelden uit interviews, er is een lezing over de Amsterdamse jaren van Freudenthal en het Nederlands Saxofoonkwartet speelt muziek van Kurt Weil.
HF’s werken aan onderwijs
De gehele jubileumbundel ’HF’s werken aan onderwijs’ van 164 bladzijden kan voor 15 euro inclusief verzendkosten besteld worden bij Wil Hofman van het Freudenthal Instituut. Hieronder is alvast het redactioneel te downloaden:
Het redactioneel van ’HF’s werken aan onderwijs’ (PDF, 413 kB)
Zie ook:
- Het Freudenthal Instituut
- Getallen zien en horen (Kennislinkartikel)